ECLI:NL:GHAMS:2017:5247

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 december 2017
Publicatiedatum
18 december 2017
Zaaknummer
23-003775-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep voor schuldheling van een snorfiets

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 18 december 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was beschuldigd van schuldheling van een snorfiets, die hij op 5 augustus 2016 in Hoofddorp had verworven. De tenlastelegging stelde dat de verdachte wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de snorfiets van misdrijf afkomstig was. Tijdens de zitting in hoger beroep op 4 december 2017 heeft de verdachte ontkend dat hij op de hoogte was van de gestolen status van de snorfiets. Hij verklaarde dat hij de snorfiets met een sleutel had geleend en dacht dat deze 'eerlijk' was, omdat het contactslot normaal functioneerde. Het hof heeft de bewijsvoering kritisch bekeken en vastgesteld dat er onvoldoende feiten of omstandigheden waren die erop wezen dat de verdachte wist of had moeten vermoeden dat de snorfiets gestolen was. Het hof heeft daarom het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde schuldheling. De beslissing van het hof is genomen door een meervoudige strafkamer, waarbij de rechters C.N. Dalebout, G. Oldekamp en G.M. Boekhoudt aanwezig waren, met mr. S.M. Schouten als griffier.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003775-16
datum uitspraak: 18 december 2017
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 10 oktober 2016 in de strafzaak onder parketnummer 15-161975-16 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
4 december 2017 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 5 augustus 2016 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer, een goed te weten een snorfiets (merk: Piaggio Zip C25 zwart) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor schuldheling zal worden veroordeeld tot een taakstraf voor duur van 16 uren, subsidiair 8 dagen hechtenis.

Vrijspraak

Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken. Het hof overweegt hiertoe dat de beantwoording van de vraag of de verdachte wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de snorfiets van misdrijf afkomstig was, dient te worden beoordeeld aan de hand van de feiten en omstandigheden zoals die op het moment dat de verdachte dat goed voorhanden kreeg bekend waren.
De verdachte heeft ontkend dat hij wist dat de snorfiets die hij had geleend gestolen was en heeft ook betwist dat hij had kunnen vermoeden dat dit het geval was. De verdachte heeft ter zitting in hoger beroep verklaard dat hij de snorfiets met daarbij een sleutel heeft geleend, dat hij dacht dat deze ‘eerlijk was’ omdat er een sleutel – van hetzelfde merk als de snorfiets – bij zat en dat het contactslot het ‘gewoon deed’. In het verhoor van de verdachte is gerelateerd dat de verbalisanten bij nader onderzoek aan de snorfiets hebben gezien dat het slot van zowel de
buddy seatals het contactslot was geforceerd. Een proces-verbaal waarin nader is omschreven waaruit de schade aan deze sloten bestond en of dit zichtbare schade betrof, dan wel een foto daarvan, ontbreekt echter.
Gelet daarop en nu ook overigens uit het dossier onvoldoende van feiten of omstandigheden blijkt die erop wijzen dat de verdachte op dat moment de wetenschap of dat vermoeden had, dan wel had moeten hebben, dient de verdachte van zowel de opzetheling als de schuldheling te worden vrijgesproken.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. C.N. Dalebout, mr. G. Oldekamp en mr. G.M. Boekhoudt, in tegenwoordigheid van
mr. S.M. Schouten, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
18 december 2017.
[...]
.