Uitspraak
mr. J.H. Lemstraen
mr. T. Salemink, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. T. de Waarden
mr. D.S. de Waard, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. M.H.C. Sinninghe Damsté, kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. M.H.C. Sinninghe Damsté, kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. C.C.A. van Rest, kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. R.G.J. de Haan, kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. M.W.E. Eversen
mr. J.A.I. Verheul, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
4 [A] ,
mr. G.C. Endedijken
mr. R.J.W. Analbers, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
5 [B] ,
mr. T. de Waard, kantoorhoudende te Amsterdam,
6 [C] ,
[D],
8 [E] ,
9 [F] ,
10 [G] ,
mr. T.S. Jansen, kantoorhoudende te Amsterdam,
11 [H] ,
12 Frank Herbert SCHREVE,
mr. R.I. Loosen, kantoorhoudende te Amsterdam.
1.Het verloop van het geding
schriftelijkte repliceren en te dupliceren. Voorts zijn partijen in de gelegenheid gesteld daarbij een standpunt in te nemen over de wenselijkheid van een voorziening tot ontbinding van ZED+ op de voet van art. 2:356 sub f BW.
2.De feiten
mobile content” in Rusland, Armenië, Kazachstan en Tadzjikistan.
roll up(zie hierna 2.5) 49,9% van de aandelen in het kapitaal van Stalmento en QICF. De in Spanje gevestigde vennootschap Zed Worldwide S.A. (hierna: ZWW) heeft – door middel van haar dochtermaatschappij ZWW Holdings S.L. – op 2 juni 2009 het resterende aandelenbelang van 50,1% verkregen in het kapitaal van zowel Stalmento als QICF
.Bambalia, Gelvaser (tezamen voor 69%) en Vimpelcom (voor 31%) hielden tot de
roll upop hun beurt de aandelen in MIPR. De Tema-groep wordt onder anderen vertegenwoordigd door [R] (hierna: [R] ). De familie van [R] is meerderheidsaandeelhouder in het kapitaal van Bambalia en Gelvaser. Vimpelcom Limited (thans genaamd: Veon Limited) is een aan de NASDAQ genoteerde vennootschap en is de enige opdrachtgever van de Tema-groep. Zij houdt alle aandelen in het kapitaal van Vimpelcom.
roll upde moedervennootschap van de ZWW-groep. Familieleden van [A] vervullen diverse functies binnen de ZWW-groep. Voorafgaand aan de
roll upparticipeerden leden van de familie [X] via Wisdom voor 39,26% in ZWW.
roll up. Het doel van partijen was om ZED+ naar de beurs te brengen aan de New Yorkse NASDAQ.
roll uphebben onder meer Wisdom, Bambalia, Vimpelcom, Gelvaser, DHZ Verco, de op Cyprus gevestigde vennootschap DHZ Limited (hierna aan te duiden als DHZ) en ZED+ op 11 juli 2013 een “
contribution agreement”gesloten. In deze
contribution agreementzijn de partijen – voor zover hier relevant en kort samengevat – overeengekomen dat:
roll up.De tekst van de brief luidt als volgt:
.
roll upals volgt uit:
- 30,16%: Wisdom, waarvan de familie [X] aandeelhouder is;
- 24,98%: DHZ, waarvan de familie [X] en belanghebbenden achter de Tema-groep indirect aandeelhouders zijn;
- 7,98%: Bambalia;
- 3,84%: Gelvaser;
- 5,83%: de Luxemburgse vennootschap Supreme Entertainment S.A.: (hierna: Supreme), een joint venture van de familie [X] en Planeta;
- 5,32%: VimpelCom;
- 2,97%: Banco Santander S.A.;
- 0,674%: [A] ; en
- 0,289%: [J] .
president” van ZED+.
shareholders’ agreement relating to DHZ Limited and voting agreement relating to ZED+ BV”gesloten. Artikel 5.1 van deze
shareholders’ agreementluidt als volgt:
(...) DHZ shall not to do anything without the approval of all of the Shareholders”
shareholders’ agreementbepaalt ten aanzien van de “
voting agreement in respect of ZED+”– voor zover hier relevant – het volgende:
7.2 If it is proposed that any Reserved Matter (as defined below) should be implemented by ZED+ or any other entity in which it has any direct or indirect interest or that any other matter should be referred to the board of directors or to the shareholders of ZED+ (…) the Shareholders (or Wisdom and Adelanto) shall discuss such Matter before it is referred to such board or shareholders.
shareholders’ agreement relating tot ZED+”;
amended and restated shareholders agreement relating to ZED+”. De bepalingen omtrent de benoeming van de bestuurders van ZED+ – voor zover hier van belang – luiden als volgt:
2.3 Wisdom shall be entitled to nominate for appointment one Director and to cause the removal and replacement of any Director (…)
3.1 The number of members of the Supervisory Board holding office at any time shall be thirteen unless otherwise expressly agreed in writing by all the Shareholders;
(…)
management board regulations”van ZED+ van 22 januari 2014 heeft de directie, op grond van artikel 14.6 van de statuten van ZED+, nadere regels vastgesteld omtrent de besluitvorming en werkwijze van de directie. Artikel 11.1 van deze
management board resolutionsbepaalt dat:
Any resolution of the Management Board (...) regarding any of the matters listed inAnnex II(the Reserved Matters) shall be subject to the approval of the Supervisory Board (...)”.
supervisory board regulations”aangenomen, waarin hij, op grond van artikel 19.10 van de statuten, nadere regels heeft vastgesteld omtrent de besluitvorming en werkwijze van de raad van commissarissen. Artikel 15.4 van deze
supervisory board resolutionsbepaalt dat:
Any resolution of the Management Board (...) with respect to the actions of the Management Board set forth in the List of Reserved Matters attached asAnnex II(the Reserved Matters) shall be subject to the approval of the Supervisory Board. A resolution of the Supervisory Board to approve a Reserved Matter shall only be valid if (i) such resolution of the Supervisory Board is adopted by at least two thirds of the total number of members of the Supervisory Board (including any members who are not present at any relevant meeting) and (ii) such resolution of the Supervisory Board is at least adopted by a majority (
two out of three) of the members of the Supervisory Board classified as “independent members”.
Reserved Matters).
syndicated loan agreement”,hierna ook aan te duiden als SLA) gesloten, waarin het voordien aan ZWW ter beschikking staande krediet van € 87 miljoen is verhoogd naar een aan ZED+ ter beschikking staand krediet van € 140 miljoen. De raad van commissarissen van ZED+ heeft op 11 en 17 november 2013 met het sluiten van deze overeenkomst ingestemd.
Retrobay-transactie (door Bambalia c.s. ook aan geduid als de “
32m transaction”) heeft goedgekeurd. De notulen van de vergadering van de raad van commissarissen vermelden hierover het volgende:
[A] (...) presented a background and the details of a transaction pertaining to the acquisition of certain shares of Expert Promotion and Tinosika by ZED World Wide S.A. (the Transaction)
(…)
to designate [A] to be temporarily entrusted with the management of the Company with immediate effect in accordance with article 17.2 of the Company’s articles of association until (i) a general meeting of shareholders of the Company appoints a Management Board member with the title President in accordance the Company’s articles of association or (ii) “ZED+ B.V. Shareholders’ Agreement” dated 22 July 2013, as being amended and restated from time to time, and most recently amended on 5 December 2013, is terminated, which occurs first.”
Retrobay-transactie opzettelijk vervalste stukken heeft overgelegd en dat dit duidt op een ernstig gebrek aan integriteit van [A] .
concurso voluntario”, een Spaanse insolventieprocedure, nadat zij haar eigen faillissement heeft aangevraagd. Voor ZWW geldt per 10 november 2016 hetzelfde. Wakkie was in die aanvragen niet gekend. Ook de banken hadden het faillissement van ZWW aangevraagd. [O] is door de rechtbank van Madrid benoemd tot onafhankelijk bewindvoerder van zowel ZWW als van ZWW Holdings S.L. naast zittend bestuurder [A] .
3.De inhoud van het verslag
De gang van zaken met betrekking tot het samenvoegen van de activiteiten van ZWW en Tema in ZED+ (de "Roll-up")
De governance van ZED+ en het functioneren van bestuur en raad van commissarissen
De Syndicated Loan Agreement[SLA]van 17 december 2013 en de besteding van 43 miljoen euro ten behoeve van ZWW
De Settlement Agreement en de Call Option Agreements
De vaststelling van de jaarrekening 2013
Standstill Agreementtot stand gekomen, waarvan de benoeming van Alvarez & Marsal voor advies over een herstructureringsplan onderdeel was. In februari 2015 zijn de tijdelijk bestuurders voorts een
Settlement Agreementmet Bambalia c.s. aangegaan, ten gevolge waarvan de geldstroom vanuit Rusland weer op gang kwam. Tenslotte heeft ZED+ de jaarrekening 2013 vastgesteld en daarvoor een goedkeurende verklaring van Deloitte gekregen. Desondanks is er volgens de onderzoekers van een werkelijk herstel van verhouding tussen de organen van ZED+ geen sprake geweest; belangrijke reden daarvan was volgens hen dat [A] enerzijds en de tijdelijk bestuurders anderzijds tegengestelde opvattingen hadden over te nemen maatregelen: eerstgenoemde was van mening dat ZED+ het onderzoek naar de vermeende fraude bij de Tema-vennootschappen diende voort te zetten; de tijdelijke bestuurders wilde prioriteit geven aan het herstel van een gezonde financiële situatie bij ZED+ en een onderzoek naar de mogelijkheden om de aandelen van ZED+ of haar activa/passiva aan een financiële of strategische partij te verkopen.
4.De gronden van de beslissing
roll upen het belang van DHZ in ZED+;
Retrobay-transactie;
roll upen de voorwaarden waaronder de aandeelhouders in ZED+ zouden gaan deelnemen. Zo was de verwerving door DHZ van een belang van 24,6% in ZED+ niet alleen weinig transparant, maar mogelijk ook benadelend voor andere aandeelhouders;
Settlement Agreementen
Supplemental Agreement;
bilaterals”) en de geschillen met Planeta, ten gevolge waarvan de relatie tussen de aandeelhouders ernstig is verstoord en de raad van commissarissen onvoldoende in staat was zijn toezichthoudende taak uit te oefenen;
roll upgeen beleid van ZED+, maar een transactie tussen de aandeelhouders van ZWW en Tema. De uitnodigingsbrief met betrekking tot de
roll upaan de aandeelhouders van ZWW was verzonden door het bestuur van ZWW, niet door ZED+. Niet duidelijk is waarom ZED+ in dat kader een informatieplicht zou hebben gehad ten opzichte van de aandeelhouders van ZWW en Tema. Zo is het de vraag of de aandeelhouders van ZWW hadden moeten worden geïnformeerd over het onderzoek bij Tema – een kwestie tussen ZWW en haar aandeelhouders – en valt niet in te zien waarom er op ZED+ een informatieverplichting ten opzichte van Bambalia c.s. rustte met betrekking tot procedures tussen ZWW en Planeta. Dat Bambalia c.s. voorafgaand aan deelname aan de
roll upslechts een beperkt
due diligenceonderzoek hebben verricht naar ZWW is hun eigen keuze. Van het bestaan van of de bedoeling achter DHZ is nooit een geheim gemaakt. De conclusie van de onderzoekers dat ZED+ aan Bambalia c.s. onvoldoende informatie heeft verschaft over de financiële gang van zaken, komt uit de lucht vallen. Bovendien hebben de onderzoekers de belangrijkste vraag – waarom het in 2014 volledig mis is gegaan bij ZED+ – niet uitdrukkelijk beantwoord. Bambalia c.s. zijn daarvoor verantwoordelijk: zij hebben er alles aan gedaan om de
Retrobay-transactie – de compensatie voor de misgelopen inkomsten als gevolg van de onregelmatigheden bij Tema – te frustreren.
roll updie op 25 februari 2013 was gedateerd, pas op 7 maart 2014 ontvangen. ZED+ heeft Planeta in het geheel niet in staat gesteld om in dat kader een
due dilligenceonderzoek te laten verrichten. KPMG heeft de opdracht die zij van Planeta daartoe had gekregen teruggegeven, omdat [A] weigerde enige informatie te verschaffen over de
roll up. Planeta heeft mede daarom niet willen deelnemen aan de
roll up. De informatie die wel was verschaft was op meerdere onderdelen onjuist en onvolledig. ZED+ was de centrale partij in de
roll up: zij kocht de aandelen ZWW in en gaf in ruil daarvoor aandelen in haar kapitaal uit. Het was aan het bestuur van ZED+, als moedermaatschappij van ZWW, om erop toe te zien dat de in dat kader verstrekte informatie juist was, aldus Planeta.
roll uponder meer het volgende in (onderdeel C):
roll upen de voorwaarden waaronder deze aandeelhouders in de gezamenlijke holding ZED+ zouden gaan deelnemen. De Ondernemingskamer verwerpt het verweer van [A] dat ZED+ in dit verband geen verantwoordelijkheid droeg en dat de informatievoorziening slechts een taak van ZWW was. Naar het oordeel van de Ondernemingskamer heeft de gang van zaken met betrekking tot de
roll upen de informatievoorziening rechtstreeks betrekking op het beleid van ZED+. Het eigen vennootschappelijk belang van ZED+ vergde onder de gegeven omstandigheden dat zij – als vennootschap waarvan de aandelen werden uitgegeven en als centrale entiteit waarin de activiteiten van ZWW en Tema gezamenlijk zouden worden ondergebracht – zorg droeg voor een goede informatievoorziening aan alle betrokken aandeelhouders gelijkelijk en voor een behoorlijke documentatie over de voorwaarden van de
roll upen de uitgangspunten van de afgesproken ruilverhouding. Aan het belang van ZED+ bij een juiste en volledige informatievoorziening draagt bij dat de ruilverhouding niet berustte op onafhankelijke waarderingen maar het resultaat was van onderhandelingen tussen Bambalia c.s. en ZWW. ZED+ had er een eigen belang bij te voorkomen dat er tussen de aandeelhouders of met de aandeelhouders geschillen zouden ontstaan voortvloeiend uit gebrekkige of onjuiste informatie over de
roll up. Blijkens het onderzoeksverslag heeft het aan dit alles echter ontbroken, hetgeen het bestuur van ZED+ is aan te rekenen.
roll up. Het verweer van [A] dat de informatieverschaffing aan de aandeelhouders van ZWW een kwestie is die slechts door Spaans recht wordt beheerst verwerpt de Ondernemingskamer. Eveneens verwerpt de Ondernemingskamer het verweer dat het de keuze van Bambalia c.s. was om slechts een beperkt
due diligenceonderzoek te verrichten. ZED+ had een zelfstandige mededelingsplicht ten opzichte van alle betrokkenen zodat die gelijktijdig over dezelfde, inhoudelijk correcte, cruciale informatie beschikten, opdat zij een goede afweging konden maken voorafgaand aan hun beslissing hun aandelen al dan niet in te ruilen voor aandelen in het kapitaal van ZED+. De uitnodigingsbrief gaf echter een verkeerde voorstelling van zaken door geen melding te maken van (i) de afspraken over rechtstreekse betaling van toekomstige dividenduitkeringen door Tema aan Bambalia c.s. (zie onderzoeksverslag C 2.16, aangehaald in 4.12) en (ii) voorts de verwerving door DHZ (de gezamenlijke deelneming van Bambalia c.s. en Wisdom) van een belang van 24,6% in ZED+. Evenmin zijn de toekomstige aandeelhouders door ZED+ op de hoogte gesteld van de in februari 2013 geconstateerde onregelmatigheden bij Tema en de daaruit voortvloeiende materiële en voor Tema nadelige herziening van de contractvoorwaarden door VimpelCom, de enige afnemer van de diensten van Tema. Dat het de verwachting van ZWW en ZED+ was dat de schade gecompenseerd zou worden, vormt geen reden de informatie over de onregelmatigheden te onthouden: ook die verwachting had dan door ZED+ gemeld kunnen worden. Het verweer van [A] dat het de aandeelhouders van ZWW al eerder duidelijk was gemaakt dat een deel van het toekomstig dividend afkomstig van Tema niet in ZED+ zou vloeien en het om die reden niet verwijtbaar is dat het niet (nogmaals) in de uitnodigingsbrief was vermeld, faalt, aangezien de brief vermeldt dat daarin “
de uiteindelijke voorwaarden van de zogeheten Operatie Zeus”zijn opgenomen en daarmee volledigheid ten aanzien van essentiële elementen pretendeert. Een dergelijke voorwaarde, essentieel voor potentiële aandeelhouders in hun afweging al dan niet te participeren, had dan expliciet in die brief moeten zijn vermeld
.[A] en Wisdom hebben voorts aangevoerd dat reeds in 2011 duidelijk was gecommuniceerd dat DHZ een deel van de aandelen in ZED+ zou verkrijgen; Bambalia c.s. hebben in reactie daarop gesteld dat er destijds sprake van was dat DHZ in ruil daarvoor bepaalde contracten zou inbrengen die een aanzienlijke waarde vertegenwoordigden, maar dat daarover geen overeenstemming was bereikt. Wat daar verder van zij, de Ondernemingskamer verwerpt ook dit verweer van [A] en Wisdom. Dat over DHZ niets in de uitnodigingsbrief is opgenomen, is onder genoemde omstandigheden misleidend te noemen, zeker nu het gaat om een substantieel deel van de uit te geven aandelen in ZED+ – nagenoeg een kwart – en Wisdom (indirect) een extra pakket van 7,5 miljoen aandelen tegen nominale waarde verkreeg zonder reële tegenprestatie (zie onderzoeksverslag C 2.8, aangehaald onder 4.12).
.Alhoewel [R] tot president van ZED+ was benoemd en in die hoedanigheid verantwoordelijk was voor
business development, bleef hij zijn rol voornamelijk vervullen ten behoeve van Tema en was hij nauwelijks aanwezig op de kantoren in Madrid of Amsterdam. Hij klaagde op zijn beurt dat hij zijn functie als president niet kon uitoefenen, omdat hij geen of onvoldoende toegang had tot managementinformatie. Voorts blijkt uit het verslag dat het bestuur van ZED+ ook na de gedeeltelijke
roll upnauwelijks inzicht had in de financiële gang van zaken bij Tema, terwijl de winstgevendheid van de activiteiten ingrijpend was beperkt ten gevolge van de voor haar nadelige herziening van de contractvoorwaarden met VimpelCom naar aanleiding van de geconstateerde onregelmatigheden (zie onderzoeksverslag E 1.5, aangehaald onder 3.1). Zo blijkt uit het onderzoeksverslag dat de aandelen van de joint venture Vstrecha in 2013 niet door Tema werden gehouden, maar op naam van [L] stonden, die de daarop uitgekeerde dividenden tot een bedrag van 42 miljoen Roebel op eigen naam heeft geïncasseerd en dat die kwestie niet op zichzelf stond (zie onderzoeksverslag E 4.2 en 4.4, aangehaald onder 3.1). Ook de informatievoorziening door de raad van bestuur zelf heeft tekortgeschoten. Met de onderzoekers is de Ondernemingskamer van oordeel dat het op de weg had gelegen van de raad van bestuur van ZED+ om zowel haar aandeelhouders alsook de leden van de raad van commissarissen in 2013 direct op de hoogte te stellen van het PwC-onderzoek naar de bij Tema geconstateerde onregelmatigheden en het overleg met VimpelCom, alsmede de bereikte schikking met betrekking tot Retrobay. Het bestuur had hiermee niet mogen wachten tot de vergadering van 18 juni 2014, toen zij van deze kwesties verslag deed. In dit verband constateert de Ondernemingskamer dat ZED+ een aanzienlijk belang had bij de
Retrobay-transactie (verwerkt in haar concept-jaarrekening 2013 als “
other income” voor een bedrag van € 32 miljoen), maar heeft nagelaten er op toe te zien dat de
Retrobay-transactie op zodanige wijze – minder complex – werd vastgelegd dat deze ook daadwerkelijk afdwingbaar zou zijn (zie onderzoeksverslag E 5.1-6.3, hierboven aangehaald in 3.1). De poging van ZWW om in de arbitrageprocedure in Londen nakoming van de
Retrobay-transactie af te dwingen is mislukt; ZWW heeft die vordering ingetrokken nadat gebleken was dat zij vervalste e-mails in het geding had gebracht (zie de beschikking van de Ondernemingskamer van 18 februari 2016, r.o. 2.2).
roll-upeen beursgang te realiseren en de omstandigheid dat – kort gezegd – vertrouwen en constructieve samenwerking tussen “het Spaanse kamp” en “het Russische kamp” ontbrak, zowel op het niveau van het bestuur als op dat van de raad van commissarissen (zie hieronder), had het in het bijzonder voor de hand gelegen om een of meer onafhankelijke bestuurders in het bestuur op te nemen.
event of defaultin november 2014 jegens het consortium van banken.
Retrobay-transactie in de jaarrekening 2013 – die ertoe leidde dat die jaarrekening niet mede door de raad van commissarissen is ondertekend – is niet als wanbeleid te duiden, alleen al omdat genoemde transactie uiteindelijk niet is geëffectueerd (zie hierboven 4.16) en die commissarissen met hun standpunt, gebaseerd op een
legal opinionvan Gripton (zie onderzoeksverslag C 9.17), aldus (achteraf) het gelijk aan hun zijde bleken te hebben.
Call Option Agreementtussen partijen gold is evenmin een blijk van wanbeleid van ZED+ dat te wijten is aan de aandeelhouders Bambalia c.s., ook niet indien dat heeft geresulteerd in het niet doorvoeren van de
Retrobay-transactie. Het bestuur van ZED+ had die onduidelijkheid kunnen voorkomen door gemaakte afspraken minder complex vast te leggen (zie hierboven 4.16). Ook valt niet in te zien waarom uit het op grond van die geschillen leggen van conservatoir beslag onder Stalmento en QICF ten laste van ZED+ – dat volgens het onderzoeksverslag nauwelijks doel had getroffen – zou moeten blijken van wanbeleid van ZED+ door haar aandeelhouders Bambalia c.s.
operational costs” bij Tema
).
zijhaar beleid vormgaf met betrekking tot de onregelmatigheden waarmee zij werd geconfronteerd. Daarover houdt het verslag voldoende informatie in. De enquête heeft geen betrekking op het beleid en de gang van zaken van de Tema-groep zelf, alleen al omdat Temafon en Tematika naar buitenlands recht opgerichte rechtspersonen zijn, waarop het enquêterecht niet van toepassing is. Op grond van het voorgaande wijst de Ondernemingskamer het verzoek van Wisdom tot aanvullend onderzoek af.
reserved mattersen de bevoegdheid van de raad van commissarissen om de lijst van
reserved mattersuit te breiden, in te krimpen of anderszins te wijzigen.