ECLI:NL:GHAMS:2017:3728
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herstelarrest inzake klacht tegen gerechtsdeurwaarder met betrekking tot intimidatie en bewijslevering
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 september 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake een klacht tegen een gerechtsdeurwaarder. De klager had eerder een klacht ingediend over de gerechtsdeurwaarder, waarbij hij stelde dat deze hem op intimiderende wijze aansprakelijk had gesteld voor kosten in het kader van een tuchtprocedure. Het hof had in een tussenbeslissing op 23 mei 2017 klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn klacht over het niet beschikken over de grosse en had hem de gelegenheid geboden bewijs te leveren. Klager had echter geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid en er was geen verzoek gedaan voor een nieuwe mondelinge behandeling.
In de verdere beoordeling heeft het hof vastgesteld dat klager niet in staat was om zijn stelling te onderbouwen, aangezien hij geen bewijs had geleverd in de vorm van de geluidsopname van het telefoongesprek dat hij had aangeboden. Het hof heeft klachtonderdeel f. ongegrond verklaard, omdat de juistheid van klagers stelling niet was gebleken. Het hof heeft geconcludeerd dat er minder klachtonderdelen gegrond verklaard konden worden dan de kamer in de eerdere beslissing had gedaan, en heeft alleen klachtonderdeel c. gegrond verklaard zonder oplegging van een maatregel.
De beslissing van de kamer is in zijn geheel vernietigd en het hof heeft een nieuwe beslissing gegeven, waarbij de overige klachtonderdelen ongegrond zijn verklaard. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 12 september 2017.