ECLI:NL:GHAMS:2017:3096
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van een oud-notaris tegen de benoeming van een waarnemer en het vastgestelde honorarium
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een oud-notaris tegen de beslissing van de voorzitter van de kamer voor het notariaat in Amsterdam, waarbij mr. [X] als waarnemer van het protocol van de oud-notaris is benoemd. De oud-notaris heeft op 7 december 2016 een beroepschrift ingediend tegen deze beslissing, die betrekking heeft op het honorarium van mr. [X] en de ontheffing van mr. [X] van bepaalde verplichtingen volgens de Verordening overdracht protocol. Het hof heeft de zaak behandeld op 18 mei 2017, waarbij zowel de oud-notaris als mr. [X] en vertegenwoordigers van het Bureau Financieel Toezicht (BFT) aanwezig waren.
De feiten van de zaak zijn als volgt: de oud-notaris werd op 16 juni 2016 geschorst en mr. [X] werd benoemd als waarnemer van het protocol. De oud-notaris betwistte de regeling omtrent het honorarium van mr. [X] en de ontheffing van verplichtingen. Het hof heeft vastgesteld dat de voorzitter van de kamer op goede gronden het honorarium heeft vastgesteld en dat de ontheffing van verplichtingen terecht was, aangezien mr. [X] niet de intentie had om de praktijk van de oud-notaris voort te zetten. Het hof concludeert dat de oud-notaris niet in zijn beroep kan worden ontvangen en bevestigt de bestreden beslissing.