Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
enigeeen verwijt kan maken. Daartoe heeft zij redengevend geacht:
Deze feiten worden door Waag Society niet betwist en rechtvaardigen naar het oordeel van het hof dat [geïntimeerde] niet als enige een verwijt treft ten aanzien van de waardering van het onderhanden werk en de daaruit voortvloeiende financiële problemen.
Waag Society stelt dat in 2009 besloten is de activiteiten in Mediagilde af te bouwen en dat in 2012 de activiteiten nagenoeg geheel zijn gestaakt. In dat kader, zo stelt Waag Society, heeft [X] op 15 december 2011 aan [geïntimeerde] gemeld dat het extra maandsalaris op jaarbasis vervalt omdat hij feitelijk niet meer de rol van directeur van Mediagilde vervult, waartegen [geïntimeerde] geen bezwaar gemaakt heeft. Ter onderbouwing van dat standpunt heeft Waag Society gewezen op een urenoverzicht van 20 januari 2016 van [geïntimeerde] waaruit blijkt dat hij over 2012 en 2013 geen uren meer heeft gewerkt voor Mediagilde.
Dit betekent dat [geïntimeerde] over de jaren 2012, 2013 en 2014 (naar rato) slechts aanspraak kan maken op een extra maandsalaris indien hij gedurende die jaren daadwerkelijk de functie van directeur Mediagilde heeft vervuld.
“de extra maand van [geïntimeerde] voor directieschap Mediagilde”.