ECLI:NL:GHAMS:2017:2958

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 juli 2017
Publicatiedatum
21 juli 2017
Zaaknummer
200.202.118/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake civiele zaak met comparitie van partijen

In deze zaak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. J. Bouter, hoger beroep ingesteld tegen een eerder vonnis. De geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. J.H. van der Wouden, heeft de grieven bestreden. Het hof heeft besloten om een comparitie van partijen te gelasten, waarbij beide partijen in persoon moeten verschijnen. Deze comparitie is bedoeld om inlichtingen te verkrijgen, een schikking te beproeven en het verdere verloop van het hoger beroep te bespreken, inclusief mogelijke mediation en bewijsvoering. Het hof heeft de geïntimeerde verzocht om voorafgaand aan de comparitie inzicht te geven in de schade, onderbouwd met stukken. De zaak is doorverwezen naar een roldatum voor het opgeven van verhinderdata door beide partijen, waarna een datum voor de comparitie zal worden vastgesteld. Het hof heeft tevens bepaald dat partijen hun verhinderdata voor de maanden september, oktober en november 2017 moeten opgeven, en dat er geen uitstel van de comparitie zal worden verleend zonder klemmende redenen of overmacht. Het arrest is openbaar uitgesproken op 18 juli 2017.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer: 200.202.118/01
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 18 juli 2017
inzake:
[appellant] ,
wonende te [woonplaats] ,
appellant,
advocaat: mr. J. Bouter te Amsterdam,
tegen:
[geïntimeerde] ,
wonende te [woonplaats] ,
geïntimeerde,
advocaat: mr. J.H. van der Wouden te Rotterdam.

1.Het geding in hoger beroep

Appellant heeft bij exploot geïntimeerde aangezegd in hoger beroep te komen van een tussen partijen in de onderhavige zaak gewezen vonnis, met dagvaarding van geïntimeerde voor dit hof.
Bij memorie van grieven heeft appellant grieven tegen het bestreden vonnis aangevoerd en toegelicht en bewijs aangeboden. Hij heeft geconcludeerd overeenkomstig de dagvaarding in hoger beroep.
Bij memorie van antwoord heeft geïntimeerde de grieven bestreden en bewijs aangeboden.
Vervolgens is arrest verzocht.

2.De beoordeling

Het hof ziet aanleiding om een comparitie van partijen te gelasten, bij welke zitting partijen in persoon dienen te verschijnen.
Deze comparitie zal worden gebruikt voor het verkrijgen van inlichtingen, het beproeven van een schikking en/of het bespreken van het verdere verloop van het hoger beroep waarbij onder meer mediation, bewijsvoering of rapportage door deskundigen aan de orde kunnen komen.
Het hof verzoekt geïntimeerde om voorafgaande aan de te bepalen comparitiezitting
– ten behoeve van de schikkingsonderhandelingen – inzicht te geven in de schade, voor zover mogelijk onderbouwd met stukken.
Om een datum voor de comparitie te kunnen bepalen verwijst het hof de zaak naar de hieronder te vermelden roldatum voor opgave van verhinderdata door ieder van partijen in de drie maanden gerekend vanaf die roldatum. Op de rolzitting wordt een datum voor de comparitie vastgesteld.
Indien vóór deze roldatum van een partij geen verhinderdata zijn ontvangen, wordt ervan uitgegaan dat deze geen verhinderdata heeft; een verzoek van de nalatige partij om uitstel van de comparitie zal dan niet in behandeling worden genomen.

3.De beslissing

Het hof:
bepaalt dat partijen in persoon tezamen met hun advocaten zullen verschijnen voor het tot raadsheer-commissaris benoemde lid van het hof mr. J.F. Aalders, die daartoe zitting zal houden in het Paleis van Justitie, IJdok 20 te Amsterdam, op een nader te bepalen dag en tijdstip, tot het hiervoor omschreven doel;
bepaalt dat partijen op de rol van 15 augustus 2017 hun verhinderdata en die van hun advocaten in de maanden september, oktober en november 2017 op te geven, waarna het hof de dag en het tijdstip van de comparitie zal vaststellen, in welk geval behoudens klemmende redenen of overmacht geen uitstel van de comparitie meer zal worden verleend;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. J.C.W. Rang, C.C. Meijer en J.F. Aalders en in het openbaar uitgesproken op 18 juli 2017.