In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 21 juni 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1994 te Den Helder, was beschuldigd van diefstal van vier wieldoppen van een Volkswagen Up, gepleegd op 30 maart 2016. De politierechter had de verdachte in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken. In hoger beroep heeft het hof de zaak opnieuw beoordeeld, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte samen met een ander de wieldoppen heeft weggenomen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één dag en een taakstraf van vijftig uren, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de taakstraf niet naar behoren wordt uitgevoerd. Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en eerdere veroordelingen voor vermogensdelicten. Het hof heeft ook een reclasseringsadvies in overweging genomen, waaruit bleek dat de verdachte inmiddels over zelfstandige woonruimte beschikt en een studie volgt. Het hof heeft de op te leggen straffen gematigd, mede gezien de positieve ontwikkeling van de verdachte sinds het ten laste gelegde feit.