Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.De feiten
- Beide minderjarigen verblijven iedere zaterdag van 9.00 uur tot 17.00 uur bij de man, alsmede iedere woensdag of donderdag van 16.30 uur tot 18.30 uur, waarbij de vrouw de minderjarigen naar de man brengt en de man de minderjarigen naar de vrouw terugbrengt.
- Vanaf het moment dat [kind a] drie jaar is, verblijven beide minderjarigen de ene week op zaterdag van 9.00 uur tot 17.00 uur bij de man en de andere week van zaterdag 9.00 uur tot zondag 17.00 uur bij de man, alsmede iedere woensdag of donderdag van 16.30 uur tot 18.30 uur bij de man, waarbij de vrouw de minderjarigen naar de man brengt en de man de minderjarigen naar de vrouw terugbrengt.
- Vanaf het moment dat [kind a] vier jaar is verblijven beide minderjarigen eenmaal per veertien dagen van vrijdag 16.30 uur tot zondag 17.00 uur bij de man, waarbij de vrouw de minderjarigen naar de man brengt en de man de minderjarigen naar de vrouw terugbrengt, alsmede iedere woensdag van 16.30 uur tot donderdag naar school, waarbij de man de minderjarigen op donderdag naar school brengt.
- Partijen dienen de verdeling van de feestdagen en vakanties voor de beide minderjarigen in onderling overleg te regelen totdat [kind a] de leeftijd van vier jaar heeft bereikt. Vanaf het moment dat [kind a] vier jaar is dienen de schoolvakanties bij helfte te worden gedeeld.
5.Beslissing
pro formaaan tot
zondag 17 december 2017, met het verzoek aan de raad uiterlijk vier weken vóór die datum schriftelijk rapport met advies uit te brengen aan het hof over de resultaten van het onderzoek;