ECLI:NL:GHAMS:2017:2492

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
21 juni 2017
Publicatiedatum
27 juni 2017
Zaaknummer
23/000436-17
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van voorlopige hechtenis en afwijzing verzoek tot opheffing

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 21 juni 2017, wordt het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte afgewezen. De verdachte, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] en thans verblijvende in [locatie 1], had op 13 juni 2017 een verzoekschrift ingediend bij het hof. Het hof heeft de relevante stukken en het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 26 januari 2017 in overweging genomen. Tijdens de behandeling in raadkamer is de advocaat-generaal gehoord, evenals de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. N.C. Reehuis. Het hof heeft gelet op artikel 80 van het Wetboek van Strafvordering en het reclasseringsrapport van 9 juni 2017. Het hof concludeert dat er geen omstandigheden zijn die een opheffing van de voorlopige hechtenis rechtvaardigen, maar ziet wel aanleiding om de voorlopige hechtenis te schorsen tot aan de inhoudelijke behandeling van de zaak.

De beslissing van het hof houdt in dat de voorlopige hechtenis van de verdachte wordt geschorst met ingang van 22 juni 2017 om 12:00 uur, onder bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden omvatten onder andere dat de verdachte zich niet aan de tenuitvoerlegging van het bevel tot voorlopige hechtenis zal onttrekken, bij elke oproeping in persoon zal verschijnen, en zich niet schuldig zal maken aan strafbare feiten. Tevens moet de verdachte meewerken aan een aanmeldprocedure bij Stichting Exodus en Vast en Verder, en de aanwijzingen van Reclassering Nederland opvolgen. De beschikking is gegeven in raadkamer en de advocaat-generaal brengt deze ter kennis van de verdachte.

Uitspraak

23/000436-17
GERECHTSHOF AMSTERDAM
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGop een verzoek strekkende tot opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [adres],
thans verblijvende in [locatie 1].

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft gezien de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte. Daarnaast heeft het hof kennisgenomen van het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 26 januari 2017.
Voorts heeft het hof gezien het namens de verdachte ingediende verzoekschrift strekkende tot opheffing van de voorlopige hechtenis, dat op 13 juni 2017 bij het hof is binnengekomen. Het verzoekschrift strekt tot opheffing van de voorlopige hechtenis.
Het hof heeft bij de behandeling in raadkamer op 21 juni 2017 gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. N.C. Reehuis.
Het hof heeft gelet op artikel 80 van het Wetboek van Strafvordering.

De beoordeling

Het hof is van oordeel dat een omstandigheid als bedoeld in artikel 67a, derde lid, Sv zich thans nog niet voordoet.
Het hof ziet, in hetgeen de raadsvrouw ter zitting heeft aangevoerd en gelet op de inhoud het reclasseringsrapport van 9 juni 2017,ambtshalve wel aanleiding om de schorsing van de voorlopige hechtenis te bevelen tot aan de inhoudelijke behandeling.
23/000436-17

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis.
BEVEELT de schorsing van de voorlopige hechtenis.
SCHORST het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van
donderdag 22 juni 2017 te 12:00 uurtot aan de inhoudelijke behandeling van zijn zaak, welke beslissing afzonderlijk zal worden geminuteerd.
Deze beschikking is gegeven op 21 juni 2017 in raadkamer van dit hof door
mr. I.M.H. van Asperen de Boer- Delescen, voorzitter,
mrs. A.M. van Woensel en N.R.A. Meerbeek, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. D. Boessenkool als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 21 juni 2017,
de advocaat-generaal
23/000436-17
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
SCHORSINGSBESCHIKKING
Het hof heeft bij beschikking van heden in de zaak van:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [adres],
thans verblijvende in [locatie 1].
het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis afgewezen. Het hof heeft ambtshalve de schorsing van de voorlopige hechtenis bevolen.

De beoordeling

Het hof acht termen aanwezig de schorsing van de voorlopige hechtenis te bevelen onder de navolgende voorwaarden.

De beslissing

Het hof:
SCHORST het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van
donderdag 22 juni 2017 te 12:00 uurtot aan de inhoudelijke behandeling van zijn zaak,
zulks onder de voorwaarden dat de verdachte:
1. indien de opheffing van de schorsing mocht worden bevolen, zich niet aan de tenuitvoerlegging van het bevel tot voorlopige hechtenis zal onttrekken;
2. ingeval hij wegens het feit waarvoor de voorlopige hechtenis is bevolen tot andere dan vervangende vrijheidsstraf mocht worden veroordeeld, zich aan de tenuitvoerlegging daarvan niet zal onttrekken;
3. bij iedere oproeping vanwege een justitiële instantie in persoon zal verschijnen;
4. zich niet zal schuldig maken aan strafbare feiten;
5. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het
nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in
artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
6. elke adreswijziging schriftelijk door zal geven aan de advocaat-generaal in het arrondissementsparket Amsterdam onder vermelding van 23/000436-17;
7. zich, na daartoe te zijn opgeroepen, meldt bij Reclassering Nederland, [locatie 2]. Hierna is de verdachte verplicht zich te blijven melden zo frequent en zo lang de Reclassering Nederland dit noodzakelijk acht;
23/000436-17
8. meewerkt aan een aanmeldprocedure/plaatsing bij Stichting Exodus en Vast en Verder;
9. de aanwijzingen van Reclassering Nederland naleeft, ook als dit betreft aanwijzingen ten aanzien van de afbetaling van zijn schulden, het volgen van een opleiding en een
zinvolle vrijetijdsbesteding;
10. op geen enkele wijze contact legt of onderhoudt, zolang de Reclassering Nederland dit noodzakelijk acht, met de slachtoffers in de zaak waarvoor de verdachte zich in voorlopige hechtenis bevindt.
Deze beschikking is gegeven op 21 juni 2017 in raadkamer van dit hof door
mr. I.M.H. van Asperen de Boer - Delescen, voorzitter,
mrs. A.M. van Woensel en N.R.A. Meerbeek, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. D. Boessenkool als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 21 juni 2017,
de advocaat-generaal