Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 18 augustus 2016 te Beverwijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto) dit motorrijtuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek als bedoeld in artikel 8, derde lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 880 microgram, in elk geval hoger dan 88 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn, terwijl voor het besturen van dat motorrijtuig een rijbewijs was vereist en verdachte dit motorrijtuig heeft bestuurd zonder dat een rijbewijs is afgegeven aan verdachte;
hij te Beverwijk op of omstreeks 18 augustus 2016 opzettelijk wederrechtelijk een motorrijtuig, een personenauto, gekentekend: [kenteken], toebehorende aan [naam 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, als bestuurder heeft gebruikt op de weg, Burgemeester Scholtenstraat, in elk geval op een weg;
hij op of omstreeks 9 mei 2016 te Beverwijk zijn (ex-)vriendin, [slachtoffer], heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer]
hij op of omstreeks 7 mei 2016 te Beverwijk opzettelijk en wederrechtelijk een voordeur (van de woning [adres 2]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Pre Wonen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
hij op of omstreeks 21 juni 2016 te Beverwijk, een goed, te weten een elektrische fiets (merk Bikkel, grijs van kleur) heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
hij op of omstreeks 7 juli 2016 te Beverwijk opzettelijk en wederrechtelijk de voordeur (van woning [adres 2]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Pre Wonen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt.
Vonnis waarvan beroep
Vrijspraak
Bewezenverklaring
hij op 18 augustus 2016 te Beverwijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto) dit motorrijtuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek als bedoeld in artikel 8, derde lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994,
hij te Beverwijk op 18 augustus 2016 opzettelijk wederrechtelijk een motorrijtuig, een personenauto gekentekend [kenteken], toebehorende aan [naam 1], als bestuurder heeft gebruikt op de weg, Burgemeester Scholtenstraat;
hij op 9 mei 2016 te Beverwijk [slachtoffer] heeft mishandeld door [slachtoffer] met een vleesvork in de rug te steken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [naam 1] in zaak A
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] in zaak D onder 1
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Vordering tenuitvoerlegging
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) maanden.
1 (één) maand, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
€ 4.879,88 (vierduizend achthonderdnegenenzeventig euro en achtentachtig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 4.879,88 (vierduizend achthonderdnegenenzeventig euro en achtentachtig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
€ 350,00 (driehonderdvijftig euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 350,00 (driehonderdvijftig euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
7 (zeven) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
geldboetevan
€ 360,00 (driehonderdzestig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
7 (zeven) dagen hechtenis.