beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.209.951/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 17 mei 2017
[A],
wonende te [....] ,
VERZOEKER,
advocaat:
mr. C. Sesver, kantoorhoudende te Purmerend,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VILLATENT B.V.,
gevestigd te Houten,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. E.R. Jonkman, kantoorhoudende te Utrecht,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ARGUO HOLDING B.V.,
gevestigd te Houten,
BELANGHEBBENDE,
verschenen bij haar bestuurder [B] .
1.
Het verloop van het geding
1.1 Verzoeker, verweerster en belanghebbende worden hierna aangeduid met respectievelijk [A] , Villatent en Arguo.
1.2 [A] heeft bij op 21 februari 2017 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verzoekschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht, bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad, een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Villatent over de periode vanaf 19 maart 2013 tot 20 februari 2017. Daarbij heeft hij tevens verzocht bij wijze van onmiddellijke voorzieningen voor de duur van het geding (a) [C] (hierna: [C] ) te schorsen als bestuurder van Villatent en een onafhankelijke derde tot bestuurder van die vennootschap te benoemen, (b) de aandelen die Arguo houdt in het kapitaal van Villatent tijdelijk ten titel van beheer over te dragen aan een door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder, dan wel (c) zodanige voorzieningen te treffen als de Ondernemingskamer geraden acht, alsmede Villatent te veroordelen in de kosten van het geding.
1.3 Villatent heeft bij op 8 maart 2017 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verweerschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht [A] niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek dan wel zijn verzoek af te wijzen en hem te veroordelen in de kosten van het geding.
1.4 Het verzoek is behandeld ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 16 maart 2017. Bij die gelegenheid hebben de advocaten de standpunten van partijen nader toegelicht. Mr. Sesver deed dit aan de hand van – aan de Ondernemingskamer en de wederpartijen overgelegde – aantekeningen en onder overlegging van op voorhand aan de Ondernemingskamer en de wederpartijen gezonden nadere producties. [A] heeft ter zitting zijn verzoek tot het treffen van de hiervoor onder 1.2 sub a en b genoemde onmiddellijke voorzieningen, zonder bezwaar van mr. Jonkman daartegen, ingetrokken. Partijen, hun advocaten, [B] (hierna: [B] ) en [C] hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt.
2 De feiten
De Ondernemingskamer gaat uit van de volgende feiten:
2.1Villatent is op 19 maart 2013 opgericht door Arguo. Arguo hield toen alle aandelen in het geplaatste kapitaal van Villatent. [B] is enig bestuurder en enig aandeelhouder van Arguo.
2.2Villatent drijft een onderneming die zich met name toelegt op het verhuren van volledig ingerichte tenten op campings in het buitenland. Vanaf de oprichting van Villatent tot 1 februari 2016 was Arguo enig bestuurder van Villatent, waarna [C] die functie tot 1 september 2016 vervulde. Er is geen opvolgend bestuurder benoemd.
2.3In artikel 27 van de statuten van Villatent is bepaald:
“
1. Besluiten (…) tot ontbinding van de vennootschap kunnen slechts worden genomen in een algemene vergadering, waarin ten minste twee derden van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is, met een meerderheid van ten minste drie vierden van de uitgebrachte stemmen. (…)”
2.4[A] heeft sinds de oprichting diverse werkzaamheden voor Villatent verricht. Op 25 maart 2013 heeft hij 30% van de aandelen in Villatent gekocht voor een bedrag van € 150.000. Sindsdien houdt Arguo derhalve nog slechts 70% van de aandelen in het geplaatste kapitaal van Villatent.
2.5In een door Villatent overgelegde aandeelhoudersovereenkomst, waaronder de namen van [B] en [A] zijn geschreven, gedateerd op 19 maart 2013, is onder het kopje “
Verkoop van aandelen” opgenomen:
“
Gedurende 3 jaar, te rekenen vanaf de datum van ondertekening van deze aandeelhoudersovereenkomst, zullen de aandeelhouders de aandelen niet verkopen, vervreemden of bezwaren met een zakelijk recht”.
Onder het kopje “
Verkoop van aandelen of onderneming” is onder meer opgenomen:
“
In aanvulling op de blokkeringsregeling in de statuten is een aandeelhouder gehouden om al zijn aandelen aan te bieden aan de andere aandeelhouder tegen de nominale waarde, indien:
o
(…)
o
de natuurlijke persoon achter de aandeelhouder geen werkzaamheden meer verricht voor de vennootschap.
Indien beide aandeelhouders geen werkzaamheden meer verrichtten[sic]
voor de vennootschap, zal vanwege de onderlinge afhankelijkheid van de aandeelhouders ten aanzien van de uitoefening van de onderneming, in beginsel de vennootschap worden verkocht. Dat kan middels een aandelentransactie en een activa/passiva transactie. (…)”
Onder het kopje “
Non-concurrentie” is opgenomen:
“
Gedurende de periode dat een aandeelhouder aandelen houdt in de Vennootschap, alsmede gedurende 2 (twee) jaar na beëindiging van het aandeelhouderschap, is het de aandeelhouder en de achterliggende natuurlijke persoon verboden om direct of indirect, activiteiten voor zichzelf of voor derden te (doen) verrichten, die concurreren met of soortgelijk zijn aan de activiteiten van de vennootschap. (…)”
2.6De notulen van de vergadering van aandeelhouders van 20 februari 2015 houden in dat de jaarrekening 2013 van Villatent is besproken, dat deze met algemene stemmen is vastgesteld en dat daarna aan het bestuur decharge is verleend.
2.7[A] heeft bij e-mailberichten aan [B] van 8 januari 2015, 12 januari 2015, 23 februari 2015 en 24 november 2015 onder meer financiële informatie over Villatent opgevraagd. [B] heeft daarop bij e-mailberichten van 12 januari 2015 en 27 november 2015 gereageerd. Financiële gegevens heeft [B] in die berichten niet verstrekt.
2.8Mr. Sesver heeft bij brief van 26 januari 2016 namens [A] aan Villatent afschriften gevraagd van haar statuten, de agenda en de notulen van de aandeelhoudersvergaderingen over de boekjaren 2013 en 2014, evenals de jaarcijfers (balans en verlies-en-winstrekeningen) over deze jaren. [B] heeft hierop namens Villatent gereageerd bij e-mailbericht van 15 februari 2016. Volgens [B] beschikte [A] deels al over de gevraagde stukken en waren de overige stukken nog niet beschikbaar.
2.9Op 22 maart 2016 heeft een aandeelhoudersvergadering van Villatent plaatsgevonden. In de notulen, ondertekend door [C] en [B] , is onder het kopje “
1. Opening en mededelingen” opgenomen:
“(…) De heer [B] is opgestapt als bestuurder en wordt vervangen door de ad interim bestuurder mevrouw [C] . De meerderheid van de aandeelhouders gaat akkoord met dit besluit (…)”. De notulen vermelden voorts dat aan het bestuur door 70% van het vertegenwoordigde aandeelhoudersbelang decharge is verleend voor het in 2014 gevoerde beleid. Onder het kopje “
5. Rondvraag” is opgenomen: “
De heer [A] geeft aan zich niet meer als ZZP-er te willen inzetten voor Villaten[t]
BV. De heer [B] geeft aan dat dit niet conform de eerder gemaakte aandeelhouders afspraken is en dat dit de continuïteit van de vennootschap in gevaar brengt. Het besluit van de heer [A] is definitief. Er wordt door mevrouw [C] gevraagd aan de heer [A] wat zijn toekomstvisie is ten aanzien van Villatent, afgesproken wordt dat hij binnen twee weken met een reactie zal komen. Voorts zal worden bekeken in hoeverre en tegen welke prijs de vennootschap zal worden verkocht.
(…)”
2.1[A] heeft zijn werkzaamheden voor Villatent in 2016 daadwerkelijk gestaakt.
2.11Mr. Sesver heeft namens [A] in de maanden april en juni 2016 in diverse e-mails, gericht aan [B] en/of [C] , gevraagd om toezending van de jaarcijfers over 2014 en van de notulen van de vergadering van 22 maart 2016. Bij e-mail van 22 april 2016 heeft [C] onder meer bericht dat Villatent had besloten een advocaat in te schakelen en dat die namens Villatent op de vragen van [A] zou reageren.
2.12Op 7 september 2016 heeft Villatent, vertegenwoordigd door [B] , een aantal activa (waaronder de handelsnaam Villatent, goodwill, websites, safaritenten, inventaris en gereedschap) aan Villatent Europe B.V. – een vennootschap waarvan [D] , een oud-zakenpartner van [B] , indirect aandeelhouder is – verkocht voor een bedrag van € 200.000, waarvan € 180.000 voor materiële vaste activa en € 20.000 voor de overige verkochte activa, met overdracht op 1 oktober 2016. Volgens de overnameovereenkomst dient de koopprijs betaald te worden in drie termijnen, te weten op de overnamedatum € 100.000, op 1 maart 2017 € 50.000 en op 1 maart 2018 € 50.000. Naast de koopprijs is Villatent Europe B.V. ook een management fee van € 50.000 verschuldigd aan [B] (voor het nog een jaar beschikbaar zijn van [B] voor Villatent Europe B.V.), alsmede een ‘success fee’ van € 20.000.
2.13Mr. Sesver heeft bij e-mail van 25 november 2016 nogmaals de hiervoor onder 2.8 genoemde stukken opgevraagd, alsmede de agenda voor en de notulen van de vergadering van aandeelhouders over het boekjaar 2015 en de jaarcijfers over dat jaar. Dit verzoek is herhaald bij brieven van 20 december 2016 en 6 februari 2017. [C] heeft bij brief van 10 februari 2017 geantwoord dat alle verzochte stukken al aan [A] zijn verstrekt, behalve die met betrekking tot 2015, omdat de jaarvergadering over het boekjaar 2015 nog moet plaatsvinden.