Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
normaalgebruik is in haar overweging niet te lezen. De toelichting op de grief is daarom ondeugdelijk en berust op een onjuiste lezing van het vonnis. Bovendien is als in hoger beroep onbestreden feit in rov 2.1. vastgesteld dat het terrein in gebruik is bij de stichting. De grief faalt.
niet is uitgeslotendat asbest wordt verspreid niet toereikend is om het oordeel van de voorzieningenrechter, dat geen sprake is van
onaanvaardbarerisico’s, aan te tasten. Voorts rechtvaardigt de stelling dat personeel en artiesten een voormalig kantoorgebouw als slaapplek gebruiken niet het oordeel dat er festivalactiviteiten binnen plaatsvinden. Tot slot deelt het hof hetgeen door de stichting bij memorie van antwoord is betoogd, inhoudende dat uit het door Chidda c.s. bij grief 4 geciteerde rapport van de Omgevingsdienst volgt dat het risico van inademing van asbest door bezoekers verwaarloosbaar is indien de gegeven adviezen worden opgevolgd. De stichting heeft gesteld dat zij dit doet, onder meer doordat een asbestbeheersplan is gemaakt. Chidda c.s. hebben niet gesteld dat de stichting dit plan niet navolgt.