Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellante sub 1] ,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
grieven I tot en met III en deels IVhebben [appellanten] daarom geen belang..
grief IVbetogen [appellanten] voor het overige dat zij de woning dringend nodig hebben voor eigen gebruik en dat [geïntimeerde] andere passende woonruimte kan verkrijgen. Zij richten zich tegen de uitkomst van de belangenafweging door de kantonrechter die in het voordeel van [geïntimeerde] is uitgevallen.
grief VIIfaalt. Het bewijsaanbod is in het licht van voorgaande overwegingen onvoldoende relevant en zal daarom worden gepasseerd.