ECLI:NL:GHAMS:2016:723
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- L.A.J. Dun
- M.L.D. Akkaya
- H.J.M. Boukema
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot schuldsanering wegens niet te goeder trouw onbetaald laten van lening en onvoldoende controle over omstandigheden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 9 februari 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over het verzoek van [X] tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Het verzoek was eerder door de rechtbank Amsterdam afgewezen op 7 december 2015. [X] had in zijn beroepschrift aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte had aangenomen dat zijn schuld aan de ING Bank van ruim € 82.000,- niet te goeder trouw was ontstaan. Hij stelde dat hij als ondernemer had gehandeld en dat hij geen onaanvaardbare risico's had genomen bij zijn renovatieprojecten.
Het hof heeft echter geoordeeld dat [X] niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij te goeder trouw was ten aanzien van het ontstaan van zijn schulden. Het hof wees erop dat [X] een derde renovatieproject is aangegaan zonder de benodigde bouwvergunning, wat heeft geleid tot financiële problemen. Het hof oordeelde dat het risico dat de bouwvergunning niet zou worden verleend voor rekening van [X] kwam.
Daarnaast heeft het hof geoordeeld dat [X] onvoldoende heeft aangetoond dat hij de omstandigheden die hebben geleid tot zijn schulden onder controle heeft gekregen. Het enkele feit dat hij zijn onderneming heeft gestaakt en een uitkering ontvangt, was niet voldoende om aan te tonen dat hij zijn financiële situatie onder controle heeft. Het hof bekrachtigde daarom het vonnis van de rechtbank en wees het verzoek tot schuldsanering af.