Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
a) voor recht zal verklaren dat de notaris toerekenbaar tekort is geschoten jegens [Van R. c.s.] in de nakoming van zijn zorgplicht door in de koop/aannemingsovereen-komsten met betrekking tot Kadijk 34a en Kadijk 34b de overdrachtsbelasting vast te stellen op 2%;
b) de notaris zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [Van R. c.s.] te voldoen een bedrag van € 48.657,50 ten titel van schadevergoeding, zijnde de helft van het door [Van R. c.s.] geleden verlies door de niet voorziene BTW ad € 97.315,- te vermeerderen met de wettelijke rente;
c) de notaris zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [Van R. c.s.] te voldoen een bedrag van € 6.321,63 ten titel van schadevergoeding, zijnde de helft van de kosten ad € 12.643,26 gemoeid met het door [Van R. c.s.] moeten inschakelen van deskundigen / advocaat, te vermeerderen met de wettelijke rente, en d) de notaris zal veroordelen in de kosten van het geding in beide instanties.
2.Feiten
€ 183.214,- (€ 1.147.500,- (totale verkoopsom) / 119 x 19).
3.Beoordeling
de aankoop van het onroerend goed waar de nieuwe bungalow komt te staan op het moment van levering geen bouwterrein is noch nieuw gebouw (< 2jr.) en dus niet in de BTW kan vallen, terwijl de verkoop van de nieuwe bungalow wel nieuwbouw is en dus belast met BTW. De levering van de bungalow, Kadijk 34c, voor een bedrag van € 1.147.500,- is inderdaad belast met 19 % BTW. Dat [Van R. c.s.] uit deze tekst hebben afgeleid slechts over een deel van de verkoopsom BTW verschuldigd te zijn, ligt niet zonder meer voor de hand. Feiten en omstandigheden die, indien juist, meebrengen dat de notaris had moeten begrijpen dat [Van R. c.s.] deze tekst hebben opgevat zoals zij hebben gedaan, hebben [Van R. c.s.] niet aangevoerd. Onder deze omstandigheden zijn onvoldoende feiten gesteld die indien bewezen, de conclusie kunnen dragen dat de notaris bij de uitvoering van de door [Van R. c.s.] aan hem verstrekte opdracht en de daarbij van hem te verwachten advisering anders heeft gehandeld dan van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot in vergelijkbare omstandigheden mocht worden verwacht. De zorgplicht van de notaris gaat in de gegeven omstandigheden niet zo ver dat hij had moeten waarborgen dat de boodschap in het advies van de financieel adviseur Vlaar goed overkwam bij [Van R. c.s.] Te meer daar er ook rechtstreeks contact plaatsvond tussen [Van R. c.s.] en Vlaar, mochten [Van R. c.s.] niet van de notaris verwachten dat hij zou verifiëren of Vlaar het inhoudelijk juiste advies ook goed heeft uitgelegd aan [Van R. c.s.] en of [Van R. c.s.] dit goed hebben begrepen. In het licht van de gegeven omstandigheden bestond er naar het oordeel van het hof voor de notaris evenmin aanleiding om [Van R. c.s.] te adviseren contact op te nemen met de belastingdienst. Hierbij zij nog daargelaten dat [Van R. c.s.] het advies van Vlaar om met de belastingdienst in overleg te treden over de transactie ter zake van de bollenschuur, bewust niet hebben opgevolgd.