ECLI:NL:GHAMS:2016:5835
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- M.L.D. Akkaya
- H.J.M. Boukema
- M.A.J.G. Janssen
- Rechtspraak.nl
Beëindiging schuldsanering wegens benadeling van schuldeisers door niet opgegeven inkomsten uit illegale onderhuur
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 13 december 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de appellant. De rechtbank Amsterdam had op 16 november 2016 de schuldsanering beëindigd zonder de appellant de schone lei te verlenen. De appellant, bijgestaan door zijn advocaat mr. R.G.P. van Marle, heeft in hoger beroep verzocht om het vonnis te vernietigen en alsnog een schone lei te verkrijgen. Hij stelde dat er geen bewijs was dat hij zijn schuldeisers had benadeeld en dat de gemeente geen onderzoek had gedaan naar illegale onderhuur.
Tijdens de zitting op 6 december 2016 heeft de bewindvoerder, A.G. Heijne, haar standpunt toegelicht en aangegeven dat de appellant niet aan zijn verplichtingen had voldaan. De bewindvoerder stelde dat de appellant zijn schuldeisers had benadeeld door inkomsten uit onderhuur niet op te geven en dat hij onvoldoende had geïnformeerd over zijn woonsituatie. Het hof heeft de gedetailleerde onderzoeksbevindingen van de gemeente Amsterdam in aanmerking genomen, waaruit bleek dat de appellant inkomsten uit illegale onderhuur had ontvangen en dat hij zijn schuldeisers ernstig had benadeeld.
Het hof oordeelde dat de tekortkomingen van de appellant in zijn medewerking aan de schuldsaneringsregeling ernstig en verwijtbaar waren. De appellant had zijn samenwoning met zijn partner niet gemeld, wat gevolgen had voor het vrij te laten bedrag. Gezien deze tekortkomingen heeft het hof het vonnis van de rechtbank bekrachtigd en de schuldsanering beëindigd zonder toekenning van de schone lei.