ECLI:NL:GHAMS:2016:5631
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak wegens onvoldoende bewijs van weigering ademanalyse
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 oktober 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van het weigeren van medewerking aan een ademonderzoek op 25 december 2013, nadat hij als bestuurder van een personenauto was aangehouden vanwege slingerend rijgedrag en het negeren van een stopteken. De politie had de identiteit van de verdachte vastgesteld aan de hand van een foto in het politiesysteem, maar er was geen identiteitsdocument gecontroleerd. Tijdens de procedure in hoger beroep heeft de verdachte ontkend de persoon te zijn die de medewerking aan het ademonderzoek heeft geweigerd. Zijn broer, die als getuige werd gehoord, heeft zich op zijn verschoningsrecht beroepen en geen antwoord gegeven op vragen over het incident. Het hof heeft de uiterlijke kenmerken van de getuige vergeleken met die van de verdachte en concludeerde dat er voldoende overeenkomsten waren om te twijfelen aan de identiteit van de persoon die de ademanalyse heeft geweigerd. Gezien deze omstandigheden heeft het hof geoordeeld dat niet met voldoende zekerheid kon worden vastgesteld dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd. Het hof heeft daarom het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de beschuldigingen.