ECLI:NL:GHAMS:2016:5627

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
28 oktober 2016
Publicatiedatum
28 december 2016
Zaaknummer
23-000260-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van artikel 9a Sr met oog op de reeds opgelegde ISD-maatregel

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 28 oktober 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 25 januari 2016 was gewezen. De verdachte, geboren in 1980 en thans gedetineerd in PI Flevoland, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis waarin hij was veroordeeld tot een gevangenisstraf van één week. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte schuldig zou worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel, gezien het feit dat hij reeds een ISD-maatregel ondergaat. Het hof heeft vastgesteld dat de feiten zijn gepleegd voordat de ISD-maatregel werd opgelegd en heeft besloten dat het niet raadzaam is om een aanvullende straf of maatregel op te leggen. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, behalve ten aanzien van de strafoplegging, die is vernietigd. Het hof heeft de verbeterde lezing van de bewezenverklaring aangenomen, waarbij een datumfout is gecorrigeerd. De beslissing van het hof is genomen in het belang van de verdachte, die reeds een ISD-maatregel ondergaat.

Uitspraak

parketnummer: 23-000260-16
datum uitspraak: 28 oktober 2016
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 25 januari 2016 in de strafzaak onder parketnummer
13-243130-15 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1980,
thans uit anderen hoofde gedetineerd in PI Flevoland - HvB Almere Binnen te Almere.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 14 oktober 2016.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen, behalve ten aanzien van de strafoplegging – in zoverre zal het vonnis worden vernietigd – en met verbeterde lezing van de bewezenverklaring, met dien verstande dat waar in de bewezenverklaring als gevolg van een kennelijke vergissing ‘6 december 2015’ staat, het hof ‘5 december 2015’ leest. De verdachte wordt door de verbeterde lezing niet in zijn verdediging geschaad.

Oplegging van straf

De politierechter in de rechtbank Amsterdam heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 week.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte schuldig zal worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel gelet op het feit dat de verdachte nu een ISD-maatregel ondergaat.
Het hof overweegt als volgt.
Het hof constateert dat de verdachte momenteel een ISD-maatregel voor de duur van twee jaren ondergaat, die hem is opgelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer in de rechtbank Amsterdam van 13 juli 2016. Het hof heeft daarnaast vastgesteld dat de onderhavige feiten zijn gepleegd voordat genoemde maatregel werd opgelegd.
In verband met het voorgaande acht het hof het – met de advocaat-generaal – raadzaam te bepalen dat geen straf of maatregel wordt opgelegd.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

Naast de in het bevestigde vonnis genoemde wetsartikelen, heeft het hof tevens acht geslagen op artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep ten aanzien van de strafoplegging en doet in zoverre opnieuw recht:
Bepaalt dat ter zake van het bewezenverklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep voor het overige.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. P.C. Römer, mr. M.M. van der Nat en mr. T. de Bont, in tegenwoordigheid van S. Pesch, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 28 oktober 2016.
Mr. T. de Bont is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.