ECLI:NL:GHAMS:2016:5441
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het belanghebbend zijn van een grootouder in zaken rondom een minderjarige
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 20 december 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vraag of een grootmoeder als belanghebbende kan worden aangemerkt in zaken die betrekking hebben op haar kleinkind, [de minderjarige]. De grootmoeder, die de minderjarige vanaf zijn geboorte heeft opgevoed, verzocht om als belanghebbende te worden aangemerkt en om inzage in alle stukken met betrekking tot de minderjarige. Het hof oordeelde dat de vraag of iemand belanghebbende is, per zaak moet worden beoordeeld. Hoewel de grootmoeder een nauwe persoonlijke relatie met de minderjarige heeft, betekent dit niet automatisch dat zij in alle zaken rondom de minderjarige als belanghebbende kan worden aangemerkt. Het hof bevestigde dat de toestemming van de minderjarige vereist is voor het delen van privacygevoelige informatie, en dat de grootmoeder geen recht heeft op inzage in het dossier van de minderjarige zonder deze toestemming. Het hof bekrachtigde de eerdere beschikking van de rechtbank Noord-Holland, waarin de verzoeken van de grootmoeder waren afgewezen.