ECLI:NL:GHAMS:2016:5158
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van huurwoning wegens gebruik in strijd met bestemming en aanwezigheid van softdrugs
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 29 november 2016 uitspraak gedaan in een hoger beroep kort geding over de ontruiming van een huurwoning. De appellante, Stichting Ymere, had de vordering tot ontruiming ingesteld tegen de huurders, [geïntimeerde sub 1] en [geïntimeerde sub 2], vanwege ernstige tekortkomingen in hun verplichtingen als huurder. De huurders hadden de woning sinds 1984 in gebruik, maar er was een politieonderzoek geweest naar drugshandel vanuit de woning. Bij een doorzoeking op 9 december 2015 werden aanzienlijke hoeveelheden softdrugs, een hashpers en een sealmachine aangetroffen. Ymere had de huurders herhaaldelijk gesommeerd om de woning te ontruimen, maar zij gaven hieraan geen gevolg.
In eerste aanleg had de voorzieningenrechter de vordering tot ontruiming afgewezen, maar Ymere ging in hoger beroep. Het hof oordeelde dat de huurders tekortgeschoten waren in hun verplichtingen als goed huurder, omdat de aanwezigheid van grote hoeveelheden softdrugs in de woning het risico van criminele activiteiten met zich meebracht. Het hof oordeelde dat het zeer waarschijnlijk was dat de bodemrechter in een eventuele procedure tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming zou overgaan. Het hof vernietigde het vonnis van de voorzieningenrechter en wees de vordering tot ontruiming toe, met een ontruimingstermijn van vier weken.
De kosten van de procedure werden aan de huurders opgelegd, en het hof verklaarde de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad. Deze uitspraak benadrukt de strikte handhaving van de verplichtingen van huurders en de gevolgen van criminele activiteiten in huurwoningen.