ECLI:NL:GHAMS:2016:5145
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake de toestemming voor plaatsing van een airco met buitenunit door een BV in een appartementencomplex
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 29 november 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen de Vereniging van Eigenaren (VvE) van het gebouw "Résidence Cocarde" en [X] B.V. De VvE had eerder geweigerd toestemming te verlenen voor de plaatsing van een airco met buitenunit door de BV, die eigenaresse is van een kantoorruimte in het gebouw. De BV had de VvE verzocht om toestemming, maar dit verzoek werd afgewezen op basis van bezwaren zoals precedentwerking en geluidsoverlast. De BV ging in beroep tegen deze afwijzing en vroeg om een vervangende machtiging voor de plaatsing van de airco.
De kantonrechter had in eerste aanleg de afwijzing van de VvE vernietigd en de BV de gevraagde vervangende machtiging verleend. De VvE ging hiertegen in hoger beroep. Het hof heeft de feiten en argumenten van beide partijen zorgvuldig gewogen. Het hof oordeelde dat de VvE niet in redelijkheid tot haar besluit had kunnen komen, omdat de bezwaren tegen de plaatsing van de airco niet voldoende onderbouwd waren. Het hof bekrachtigde de eerdere beschikking van de kantonrechter en veroordeelde de VvE in de kosten van het hoger beroep.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige belangenafweging door de VvE bij het verlenen van toestemming voor wijzigingen aan het gebouw, en dat de VvE niet zomaar kan afzien van toestemming zonder voldoende onderbouwing van haar bezwaren.