3.1.3In het nummer van Quote van december 2012 is een artikel over [geïntimeerde] verschenen. Op de cover van het blad staat in grote letters: ‘ [geïntimeerde]
DE BONTE BLUF VAN MR. MILJONAIR’. Op pagina 12 staat een editorial met een verwijzing naar het artikel. Het artikel vangt aan met een paginagrote portretfoto van [geïntimeerde] , op de volgende bladzijde staat ‘Mr. Miljonair’ en op de volgende pagina een bewerkte versie van de eerdere foto. Op de bewerkte foto heeft [geïntimeerde] een droevige gelaatsuitdrukking gekregen en zijn op zijn wangen tranen toegevoegd. Het artikel luidt, voor zover van belang:
‘ [geïntimeerde] poetste zorgvuldig aan een glanzend imago van succesvol media-ondernemer. En ook bij de opening van zijn rijkenbeurs zal hij weer doen alsof de wereld aan zijn voeten ligt. Maar achter de schermen blijkt dat zijn bedrijf hem door de vingers is geglipt. Wat rest is één procent van de aandelen en een berg schulden. Quote schetst een portret van een zonnekoning in barre tijden.
Blafbrief
Het rechtvaardigt de vraag waarom al die buitenlandse beurzen de afgelopen jaren niet meer zijn georganiseerd. En of het in Amsterdam allemaal nog wel goud is dat er blinkt. [geïntimeerde] weigert onze vragen te beantwoorden. Hij ziet geen aanleiding voor een verhaal, vindt dat bladenmakers niet over andere bladenmakers mogen schrijven – hoewel hij normaal altijd de spotlights zoekt – en is ontstemd dat wij ter voorbereiding wat rond zijn gaan bellen. Desondanks staat hij ons aan de telefoon langdurig te woord. De ene keer speelt hij zijn charmante zelf, op andere momenten klinkt hij haast dreigend. Bijvoorbeeld door te zeggen dat als wij dit stuk doorzetten, hij mogelijk ook een boekje zal opendoen over de kopstukken van Quote. Podia genoeg.
Voor de zekerheid laat [geïntimeerde] zijn advocaatHans Koetsalvast een blafbrief schrijven waarin Quote’s moeder, directeur en hoofdredacteur aansprakelijk worden gesteld voor de te lijden schade. We konden erop wachten. Een aanzienlijk deel van de meer dan twintig betrokkenen die we spraken, had ons al gewaarschuwd dat [geïntimeerde] elke kritiek op GMG beschouwd als een aanval op hemzelf. Het is om die reden dat de ruime meerderheid slechts anoniem wil worden opgevoerd. Immers, [geïntimeerde] is nooit te beroerd om ten aanzien van oud-werknemers en criticasters te dreigen met rechtszaken, waarin hij forse bedragen eist.[A], hoofdredacteur van Esquire: ‘Ik sprak ooit eens met iemand over de stand van de tijdschriftenbranche, ergens in 2010 en dat het allemaal sappelen was. Zowel bij mijn eigen uitgeverij als bij andere uitgeverijen, zoals GM G. Niet meer dan een feitelijke weergave van de werkelijkheid. Binnen de kortste keren hing er een woedende [geïntimeerde] aan de lijn. Waar ik het vandaan haalde dat het slecht ging met zijn bedrijf! Dat was nogal een schot voor open doel, want hij had die week zelf in een interview met De Pers toegegeven dat zijn uitgeverij het jaar daarvoor een verlies van 1,3 miljoen euro had geleden. Dat toch vrij harde feit uit zijn eigen mond weerhield hem er niet van met een rechtszaak te dreigen. Vrij curieus gesprek was dat. Later heeft hij dat bij een ontmoeting tijdens de Amsterdam Fashion Week nog eens herhaald. Tja.’ Het roept het beeld op van een controlfreak die elk detail wil beheersen. Dat is [geïntimeerde] ten voeten uit, zegt een hooggeplaatste medewerker van weleer. ‘ [geïntimeerde] bepaalde alles. Hij wilde alle redacties managen, had inspraak bij foto’s en sleepte zelf adverteerders binnen. Hij zat overal tussen, was een beetje een zonnekoning’, aldus deze bron, die toeziet hoe [geïntimeerde] handige barterdealtjes sluit. Adverteerders betalen lang niet altijd in harde cash, maar mogen ook afrekenen in luxeproducten als meubels, horloges, mobiele telefoons of de Range Rover van de grote baas. En zodra hij zelf moet betalen, doet hij dat het liefst in advertentieruimte.
Het maakt het des te opvallender dat [geïntimeerde] , anders dan andere uitgevers, weigert gegevens van zijn titels door te geven aan het HOI, het instituut dat oplagecijfers van de Nederlandse media publiceert. Een voedingsbodem voor de wildste verhalen, want zo is het nooit helemaal duidelijk hoe succesvol – of kansloos – zijn bladen zijn. Van Watch Report zegt hij tegen adverteerders dat het een oplage van vijftienduizend heeft, maar een collega-bladenmaker meldt ons dat er slechts zeshonderd exemplaren werden gedrukt. Dat laatste getal zal dichter bij de waarheid zitten, niet voor niets is het horlogeblad opgeheven.
(…)
Het is dan ook even ironisch als pijnlijk dat de ijdele en statusbeluste [geïntimeerde] zich zodanig in de nesten heeft gewerkt dat hij 99 procent van zijn bedrijf van de hand moest doen. Nog steeds is hij ceo en boegbeeld van GMG, maar nu als werknemer, loonslaaf. Grootaandeelhouder is [voornaam 1] [B] , die we kennen als eigenaar van De Skihut. In 2009 nam de zoon van de roemruchte [voornaam 2] [B] , voorman van NMB Heller, de eerste vijftig procent van de aandelen over. Later, na wat geschuif met vennootschappen, nog eens 49 procent. [B] doet er bescheiden over: ‘Op papier heb ik meer zeggenschap, maar in de praktijk is de verhouding fiftyfifty, hoor’. Het gaat lekker met GM G, stelt hij. In 2011 hebben we enkele tonnen winst gedraaid. Ik denk dat de toekomst er goed uitziet. [B] benadrukt dat [geïntimeerde] contractueel het recht heeft om 49 procent van de aandelen terug te kopen, maar wil niet vertellen welk prijskaartje daaraan hangt.
Machtspelletje
Trouwens, waar moet [geïntimeerde] het geld vandaan halen? Dat ene miljoen dat op de laatste bekende balans van zijn persoonlijke holding met de strijdlustige naam Who Dares Wins, staat in het rood geschreven. Dan hebben we het over 2010 en dus lijkt het erop dat hij niets aan de overname heeft overgehouden. Zijn goede vriend[C], een Amsterdamse horecaondernemer, bevestigt de financiële problemen. ‘Ik weet dat het zo is, maar het is begrijpelijk dat je dat niet van de daken schreeuwt. Als iemand al zijn aandelen moet verkopen, mag je ervan uitgaan dat er weinig andere smaken waren. Ik vind het moedig en verstandig dat hij het zo heeft geregeld. Veel anderen gaan in zo’n situatie onnodig failliet.’ Natuurlijk, het economische tij zit tegen. Maar is dat genoeg om een succesvolle onderneming, die met de Miljonair Fair een gouden concept in huis heeft; zo in de financiële problemen te brengen? Is er soms meer aan de hand? Ja, zeggen bronnen, die wijzen op het snelgroeiende personeelsbestand. ‘Rond de eerste Miljonair Fair werkten er nog maar zeven of acht mensen. Niet lang daarna liepen bij GMG tientallen mensen rond, van wie lang niet altijd duidelijk was wat ze precies deden. Of konden.’ Wat die aanwinsten vaak gemeen hebben: ze zijn vrouw, jong en lekker. In de wandelgangen heten ze de groene blaadjes van [geïntimeerde] . Dat kostenbeheersing nauwelijks een gesprekonderwerp is, hoeft niet te verbazen. When the money keeps rolling, you don’t keep the books. En in die hoogtijdagen boekt GMG steevast tonnen winst. Voor vrijwel alles is budget: hoge salarissen, dure fotografen. Een werknemer bekent: ‘Je vroeg je wel eens af hoe het allemaal kon, maar toch verdiep je je er niet zo in als je zelf bij zo’n bedrijf rondloopt.’ Dat het niet op kan, denkt [geïntimeerde] ook als hij in 2008[E]de eervolle opdracht geeft een pand om te toveren in een glamoureus hoofdkantoor, inclusief bedrijfsrestaurant met privékok. Het kost hem volgens bronnen een kleine twee miljoen euro. ‘ [geïntimeerde] is een man die heel goed weet wat hij wel en niet wil. Maar niet altijd een makkelijke man om mee te werken’, zegt [E] . ‘We hebben het pand binnen vijf of zes maanden verbouwd en eigenlijk vond hij dat nog te lang duren. Dat heeft toch iets te maken met de wildheid en snelheid van de tijdschriftenwereld waarin hij leeft. Maar we zijn er zonder strubbelingen uitgekomen en hebben in april 2009 een mooi kantoor opgeleverd.’ Helaas voor de architect loopt de oplevering van het factuurbedrag wel vertraging op. [E] : ‘Ik wil niks negatiefs zeggen, maar we hebben lang op ons geld moeten wachten. Dat had vooral met de financiële positie van het bedrijf te maken. We waren al halfweg toen bleek dat GMG er bijzonder slecht voorstond. Ik heb gezegd: “luister [geïntimeerde] , we kunnen gaan procederen, maar we zijn niet over ons budget heen gegaan, dus dat verlies je toch.” Andere partijen wilden in die periode zijn faillissement aanvragen - namen ga ik niet noemen – maar daar heb ik niet aan meegedaan. Ik heb een deel van de vorderingen uitbesteed en uiteindelijk heeft hij keurig betaald.’
[geïntimeerde] staat er dan al langer om bekend partijen op hun geld te laten wachten, bijvoorbeeld door te klagen over de geleverde kwaliteit. ‘Dat is een machtspelletje van hem. Hij probeert overal wat vanaf te lullen’, zegt een oud werknemer. Maar in het geval van [E] is de reden toch echt geldgebrek. Eind 2008 kijkt hij, op een omzet van 15,6 miljoen euro, ineens tegen een verlies van maar liefst 1,3 miljoen aan. Na jaren van gerieflijke winsten schieten alle meters in één klap in het rood en het opgebouwde eigen vermogen spoelt sneller weg dan de champagne op zijn beurzen. Vanaf dan blijft er elke maand wel ergens een rekening openstaan, vertellen hooggeplaatste betrokkenen. De salarissen komen te laat of leveranciers moeten op hun geld wachten. De drukker van de magazines dreigt een paar keer reeds gedrukte bladen ‘aan de ketting’ te houden omdat de rekening nog niet is betaald. Hoewel daar volgens [geïntimeerde] advocaat niets van waar is: ‘GMG laat geen relaties onbetaald die recht hebben op betaling.’
Enorme kapitaalbehoefte
‘Er was elke maand een serieuze faillissementsdreiging’, zegt een direct betrokkene. ‘Iedereen dreigde beslag te leggen, want dat was de enige manier waarop [geïntimeerde] ging bewegen.’ Als [B] eind 2009 de helft van [geïntimeerde] aandelen overneemt, pompt hij direct vijfhonderdduizend euro in de zaak om de meest acute rekeningen te betalen. Ook in de maanden daarop wordt een bankroet telkens afgewend doordat [B] geld bijstort. Voor [geïntimeerde] is dat geen reden om een einde te maken aan de luxe lunches van de privékok. ‘Hij zei altijd: “Op die manier betaal ik het personeel terug.” Maar veel mensen vonden dat hij beter een lunch met simpele broodjes kon regelen en het salaris op tijd overmaken’, zegt de voormalige werknemer. De kas van GMG blijkt echter niet alleen door bedrijfskosten de bodem te hebben bereikt, want [geïntimeerde] doet regelmatig privéonttrekkingen. Medewerkers zien dat hij de bedrijfscreditcard gebruikt om zijn persoonlijke behoeften te financieren. Eind 2009 staat in de boeken van GMG een bedrag van meer dan een miljoen euro open als ‘vordering op aandeelhouders’. Ook privé leeft [geïntimeerde] op te grote voet. Net als vroeger, toen zijn bedrijf De Regio Publishers in de problemen kwam en zelfs failliet ging doordat hij driehonderdduizend gulden uit de kas had getrokken, beweren meerdere bronnen. Aan de telefoon wijst [geïntimeerde] deze beschuldigingen van de hand. Hij zegt deze onttrekkingen als een vorm van dividenduitkeringen te beschouwen; het is immers zijn eigen bedrijf.
‘Ik kijk met verbazing naar hoe het nu met hem gaat. Je mag toch best een keer zeggen dat het even allemaal niet zo goed gaat? Ik begrijp niet waarom hij dat nooit kan’, verzucht een voormalige vertrouweling. ‘ [geïntimeerde] wil graag een grote jongen zijn en meespelen met andere grote jongens. Zijn kapitaalbehoefte is daardoor enorm’, zegt een andere goede bekende, die net als vrijwel iedereen die we spreken spontaan begint over [geïntimeerde] liefde voor het groene laken. ‘Hij is dol op het casino. Ik weet dat er heel veel geld heen is gegaan.’ Het zijn geluiden die al langer rondzingen en zelfs [B] laat zich er in Het Financieele Dagblad over uit. ‘Ja, dat heb ik ook gehoord. Zijn vader organiseerde gokreizen, maar of dat er wat mee te maken heeft? Bij Ajax gokken we altijd wie wint.’
Tegen Quote zegt [B] nu dat hij zich er niet zo druk om maakt dat [geïntimeerde] geld uit de zaak haalde en een schuld heeft openstaan. ‘Het gaat om marginale bedragen. Bovendien: geld is voor mij relatief. Ik heb er wat ingepompt om GMG weer gezond te maken, want ik heb buitengewoon interessante plannen met het bedrijf.’ ’