Het hof oordeelt hierover als volgt.
(i) Nadat bij de door Kintetsu ingeschakelde transporteur [X] een pallet met goederen van Sumitomo was gekanteld, informeerde [E] , een vertegenwoordiger van Kintetsu Japan, in een aan [geïntimeerde] , haar leidinggevende [A] en [D] gerichte e-mail naar de achtergrond van dit incident en wilde weten welke maatregelen genomen zouden worden om herhaling te voorkomen. De desbetreffende vertegenwoordiger van Kintetsu Japan had behoefte aan deze informatie omdat hij kort daarna een bezoek zou brengen aan Sumitomo . [A] verzocht [geïntimeerde] dit verzoek vanuit Kintetsu Japan te beantwoorden. Dat [geïntimeerde] vervolgens aan [C] de benodigde informatie verzocht kan haar niet worden kwalijk genomen. Toen [C] , naar de mening van [geïntimeerde] , te laat en onvolledig reageerde, was het onjuist van [geïntimeerde] om (rechtstreeks) bij de transporteur te informeren naar de genomen maatregelen. Zij had haar leidinggevende [A] moeten vragen wat te doen. Evenzo heeft [geïntimeerde] onjuist gehandeld door de aldus door haar verzamelde informatie - [geïntimeerde] meende dat [C] inadequaat had gehandeld - te delen met onder andere [E] , in plaats van hier eerst met haar leidinggevende [A] , met [C] zelf of de algemeen directeur van Kintetsu, [B] , over te spreken. Dat [geïntimeerde] haar leidinggevende bij vorenbedoelde acties heeft betrokken en daarvoor zijn goedkeuring kreeg is gesteld noch gebleken. Door te handelen als hiervoor geschetst, immers voor Kintetsu negatieve informatie te verstrekken aan een persoon tegenover wie [geïntimeerde] niet verantwoordingsverplichtig was, heeft zij de verstandhouding met [C] ernstig geschaad.
(ii) [geïntimeerde] heeft niet ontkend dat de in overweging 2.8 genoemde e-mails betrekking hadden op de algemeen directeur van Kintetsu, [B] . Het hof verwerpt [geïntimeerde] ’s standpunt dat dit uitsluitend een privé-correspondentie betreft. Niet alleen heeft [geïntimeerde] de berichten verstuurd vanaf haar zakelijk e-mailadres aan het zakelijk e-mailadres van [D] , [D] was ook haar ondergeschikte. In de e-mails laat [geïntimeerde] zich op denigrerende en minachtende wijze uit over de algemeen directeur van haar werkgever. [geïntimeerde] heeft hierover op geen enkele wijze excuses gemaakt. Dat zij aldus handelend getracht heeft [D] voor Kintetsu te behouden valt niet in te zien. Aldus handelend heeft [geïntimeerde] de werkrelatie met de algemeen directeur ernstig verstoord.
(iii) Anders dan [geïntimeerde] meent, heeft Kintetsu wel degelijk een reëel belang bij het kunnen beoordelen van de rechtmatigheid van het verblijf van [geïntimeerde] in Nederland. De reguliere tewerkstelling van [geïntimeerde] is immers, zoals zij zelf stelt, afhankelijk van de rechtmatigheid van haar verblijf. [geïntimeerde] ’s verblijfsrecht is gebaseerd op het verblijf bij haar in Maastricht woonachtige partner. Op grond van de Wet Arbeid Vreemdelingen riskeert Kintetsu bij tewerkstelling van [geïntimeerde] zonder dat dit is toegestaan een boete van € 12.000,-. Aldus heeft Kintetsu belang door [geïntimeerde] op de hoogte te worden gehouden van haar verblijfssituatie. [geïntimeerde] is deze verplichting niet nagekomen, door geen melding te maken van haar wisseling van verblijfplaats van Leiden naar Amsterdam. Daar komt bij dat zij, in verband met haar verblijf in Leiden, een reiskostenvergoeding ontving die € 187,03 per maand hoger was dan bij een verblijf in Amsterdam. Ook als [geïntimeerde] domweg vergeten zou zijn de wisseling van verblijfplaats aan Kintetsu door te geven - hetgeen het hof gelet op de hierboven omstandigheden niet erg waarschijnlijk voorkomt - dan nog is [geïntimeerde] , door dit niet door te geven, te kort geschoten jegens Kintetsu en heeft daardoor het in haar te stellen vertrouwen beschaamd.
(iv) Het is algemeen bekend dat (zelfstandige) woonruimte schaars is in Amsterdam. De wijze waarop en de hoedanigheden waaronder (een etage in de [adres] voor een prijs van € 600,-, waarbij de kosten van energie zijn inbegrepen) [geïntimeerde] de woonruimte van haar collega huurde is te beschouwen als een vriendendienst. Door, nadat over de duur van de huurovereenkomst en de huurprijs een conflict is ontstaan met deze collega, het vertrek uit de woning afhankelijk te stellen van de voortzetting van het dienstverband met Kintetsu, heeft [geïntimeerde] van deze aanvankelijke privékwestie, ook een werkgerelateerde kwestie gemaakt.