ECLI:NL:GHAMS:2016:466
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- D. Kingma
- A.N. van de Beek
- A.M. van Amsterdam
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek in faillissementszaak met betrekking tot de bejegening ter zitting en eerdere betrokkenheid van de voorzitter
In deze zaak heeft verzoekster een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechters die betrokken waren bij haar faillissementszaak. Het verzoek is ingediend op 26 november 2015 en betreft de bejegening van verzoekster tijdens de zitting en de eerdere betrokkenheid van de voorzitter, mr. M. Flipse, bij de faillissementszaak van haar echtgenoot. De wrakingskamer van het Gerechtshof Amsterdam heeft op 9 februari 2016 uitspraak gedaan. Verzoekster stelt dat de raadsheren niet onafhankelijk en onpartijdig kunnen oordelen, omdat mr. Flipse eerder betrokken was bij de faillissementszaak van haar echtgenoot, mr. [Z]. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de raadsheren niet in staat waren om het verweerschrift van verzoekster voorafgaand aan de zitting te bestuderen, omdat dit te laat was ingediend. Verzoekster heeft tijdens de zitting haar standpunt toegelicht, maar de wrakingskamer oordeelt dat de voorzitter voldoende zorg heeft gedragen voor een gelijkwaardige behandeling van de zaak. De wrakingsgronden zijn afgewezen, omdat er geen objectief gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid is aangetoond. De beslissing van de wrakingskamer is dat het verzoek tot wraking wordt afgewezen.