ECLI:NL:GHAMS:2016:4436
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Schorsing van concurrentiebeding in kort geding tussen kinderopvangbedrijf en vestigingsmanager
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 8 november 2016 uitspraak gedaan in een hoger beroep over de schorsing van een concurrentiebeding. De zaak betreft een geschil tussen CompaNanny Amstelveen B.V., een kinderopvangbedrijf, en [geïntimeerde], de vestigingsmanager van een van de vestigingen van CompaNanny. De [geïntimeerde] had haar arbeidsovereenkomst opgezegd en was in dienst getreden bij Kinderhonk, een concurrent van CompaNanny. CompaNanny had in eerste instantie verzocht om de werking van het concurrentiebeding te handhaven, maar de kantonrechter had dit beding geschorst. CompaNanny ging in hoger beroep tegen deze beslissing. Het hof oordeelde dat het concurrentiebeding niet in stand kon blijven, omdat [geïntimeerde] onbillijk werd benadeeld in verhouding tot het te beschermen belang van CompaNanny. Het hof concludeerde dat er voldoende aannemelijk was dat in een bodemprocedure het concurrentiebeding zou worden vernietigd. De belangenafweging tussen de werkgever en de werknemer viel in het voordeel van [geïntimeerde] uit, omdat zij een aanzienlijke carrièrestap kon maken bij Kinderhonk. Het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde CompaNanny in de proceskosten van het hoger beroep.