Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
LLANOS OIL EXPLORATION LTD.,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Amsterdam, betreft het een hoger beroep van Llanos Oil Exploration Ltd. tegen The Royal Bank of Scotland N.V. De zaak is een vervolg op een tussenarrest van 10 april 2012, waarin het beslag op de bank was opgeheven. Het hof oordeelt dat de bank in dit geding niet kan worden veroordeeld tot het afleggen van een verklaring zoals bedoeld in artikel 477a lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), omdat het beslag definitief is opgeheven. De vordering van Llanos Oil is daarmee niet toewijsbaar.
Het hof verwijst naar eerdere arresten, waaronder een arrest van het Gerechtshof 's-Gravenhage van 15 oktober 2013, waarin het vonnis van de Rechtbank 's-Gravenhage werd bekrachtigd dat het derdenbeslag had opgeheven. De Hoge Raad heeft dit arrest bevestigd in een uitspraak van 20 februari 2015. Llanos Oil heeft geen argumenten aangedragen die zouden kunnen leiden tot herleving van het beslag, en het hof ziet geen aanleiding om terug te komen op eerdere oordelen.
De beslissing van het hof is dat het vonnis van de voorzieningenrechter wordt bekrachtigd en dat Llanos Oil als in het ongelijk gestelde partij wordt veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep. De kosten worden begroot op € 314,- aan verschotten en € 2.682,- voor salaris, en de kostenveroordeling is uitvoerbaar bij voorraad.