ECLI:NL:GHAMS:2016:4361
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep na onvoldoende bewijs van mishandeling
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 5 oktober 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was eerder veroordeeld voor mishandeling, maar heeft in hoger beroep vrijspraak gevraagd. De tenlastelegging betrof een incident op 20 november 2012 te Zaandam, waarbij de verdachte zou hebben geslagen en/of gestompt, wat zou hebben geleid tot letsel en pijn bij het slachtoffer. Tijdens de zitting heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vrijspraak heeft gevraagd voor de verdachte. Het hof heeft de verklaringen van getuigen en de aangeefster zorgvuldig gewogen. De verklaringen waren tegenstrijdig en er was onvoldoende overtuigend bewijs om de verdachte te veroordelen. De getuigenverklaringen gaven geen eenduidig beeld van de gebeurtenissen, en de verdachte ontkende de beschuldigingen. Het hof concludeerde dat er weliswaar wettig bewijs aanwezig was, maar dat dit niet voldoende overtuiging bood om tot een bewezenverklaring te komen. Daarom heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.