ECLI:NL:GHAMS:2016:3875

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 september 2016
Publicatiedatum
27 september 2016
Zaaknummer
200.144.351/05 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot mededeling uit bijlagen bij onderzoeksverslag in uitkoopprocedure

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 27 september 2016, wordt een verzoek tot machtiging behandeld dat is ingediend door XBC B.V. en Xeikon N.V. in het kader van een uitkoopprocedure. De Ondernemingskamer had eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Xeikon, waarbij mr. J.M. Blanco Fernández als onderzoeker was aangesteld. De bijlagen van dit onderzoeksverslag waren niet voor iedereen ter inzage gelegd, wat aanleiding gaf tot het verzoek om machtiging om deze bijlagen in de uitkoopprocedure te mogen overleggen.

De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat Xeikon, als rechtspersoon waarop het onderzoek betrekking heeft, reeds gerechtigd is om de bijlagen te overleggen zonder verdere machtiging. Het verzoek van XBC om de bijlagen B-1.a, B-1.b, B-2, B-3, B-4.a, B-4.b en B-5 in de uitkoopprocedure te mogen overleggen, werd niet betwist door de andere partijen. De Ondernemingskamer heeft het verzoek toegewezen, met de voorwaarde dat de machtiging enkel geldt voor de uitkoopprocedure en dat andere partijen geen mededelingen aan derden mogen doen uit de bijlagen zonder aparte machtiging.

De beschikking is openbaar uitgesproken en is uitvoerbaar bij voorraad. De voorzitter van de Ondernemingskamer, mr. G.C. Makkink, heeft de beschikking ondertekend, met de griffier mr. H.H.J. Zevenhuijzen aanwezig.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
VOORZITER VAN DE ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.144.351/05 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 27 september 2016
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RECALCICO BEHEER B.V.,
gevestigd te Boekel,
als gevolmachtigde en vertegenwoordiger van:
[A] , wonende te [....] ,
[B] , wonende te [....] ,
[C] , wonende te [....] ,
[D] , wonende te [....] ,
[E] , wonende te [....] ,
[F] , wonende te [....] ,
[G] , wonende te [....]
VERZOEKSTER,
advocaten:
mrs. J.M. van den Bergen
M. Wolters, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de naamloze vennootschap
XEIKON N.V.,
gevestigd te Eede,
VERWEERSTER,
advocaat:
mrs. E.M. Soerjatin, kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
Partijen zullen hierna wederom Recalcico en Xeikon worden genoemd.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen in deze zaak van 22 en 24 juli 2014, 21 juli 2015, 27 januari 2016, 4 augustus 2016 en 14 september 2016, alsmede naar die van de raadsheer-commissaris van 10 november 2014, 23 april 2015, 31 maart 2016 en 1 augustus 2016.
1.3
Bij de beschikkingen van 22 en 24 juli 2014 heeft de Ondernemingskamer – voor zover hier van belang – op verzoek van Recalcico een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Xeikon over de periode vanaf 2008 en mr. J.M. Blanco Fernández benoemd tot onderzoeker.
1.4
Bij de beschikking van 4 augustus 2016 heeft de Ondernemingskamer bepaald dat het op die dag ter griffie van de Ondernemingskamer neergelegde verslag van voormeld onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Xeikon (hierna: het onderzoeksverslag), tezamen met de bijlagen 1 tot en met 11, ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage liggen voor een ieder, en de bijlagen B-1.a, B-1.b, B-2, B-3, B-4.a, B-4.b en B-5 ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage liggen voor belanghebbenden.
1.5
Bij de Ondernemingskamer is tevens een uitkoopprocedure (zaaknummer: 200.151.876/01 OK) aanhangig waarin XBC B.V. (hierna: XBC) en Xeikon (hierna gezamenlijk: XBC c.s.) vorderen dat Recalcico en de overige, niet bij naam bekende aandeelhouders de door hen gehouden aandelen in het kapitaal van Xeikon overdragen aan XBC. In die procedure heeft de Ondernemingskamer bij tussenarrest van 28 juni 2016 kort gezegd partijen opgedragen het onderzoeksverslag in de enquêteprocedure als productie over te leggen en overwogen dat voor zover het onderzoeksverslag niet voor een ieder ter inzage ligt, het op de weg van XBC c.s. ligt de voorzitter van de Ondernemingskamer te verzoeken hen te machtigen het onderzoeksverslag in de onderhavige uitkoopprocedure over te leggen.
1.6
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 16 september 2016, heeft mr. Harteveld namens XBC c.s. de voorzitter van de Ondernemingskamer verzocht hen te machtigen de bijlagen B-1.a, B-1.b, B-2, B-3, B-4.a, B-4.b en B-5 bij het onderzoeksverslag in de hiervoor onder 1.5 genoemde uitkoopprocedure over te leggen.
1.7
Mr. Soerjatin, advocaat van Xeikon in de enquêteprocedure, heeft bij brief van 16 september 2016 verzocht om, indien de machtiging wordt verleend, bij die machtiging te bepalen dat deze enkel geldt voor het in het geding brengen van de desbetreffende bijlagen in de uitkoopprocedure en dat deze machtiging niet tot gevolg heeft dat de (andere) partijen in de uitkoopprocedure zich buiten de uitkoopprocedure op deze bijlagen te mogen beroepen of deze bijlagen verder te mogen verspreiden.
1.8
Bij brief van 16 september 2016 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer Recalcico in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over voormeld machtigingsverzoek.
1.9
Mr. Wolters heeft namens Recalcico bij brief van 23 september 2016 bericht geen bezwaar te hebben tegen de verzochte machtiging, met dien verstande dat het Recalcico dan vrijstaat zich in de uitkoopprocedure op deze stukken te beroepen. Mr Wolters heeft voorts bezwaar gemaakt tegen de door mr. Soerjatin bepleite beperking van de machtiging.
1.1
Mr. Soerjatin heeft vervolgens bij brief van 26 september gereageerd op de brief van mr. Wolters. De voorzitter van de Ondernemingskamer zal geen acht slaan op deze brief aangezien er geen mogelijkheid tot repliek is gegeven.

2.De gronden van de beslissing

2.1
XBC en Xeikon hebben het verzoek tot machtiging om mededelingen te doen uit de niet voor een ieder ter inzage gelegde bijlagen bij het onderzoeksverslag en deze bijlagen te overleggen gezamenlijk gedaan. Xeikon is – als rechtspersoon op wie het onderzoek betrekking heeft – evenwel hiertoe reeds gerechtigd (artikel 2:353 lid 3 BW) en behoeft geen machtiging van de voorzitter van de Ondernemingskamer.
2.2
Geen van de partijen heeft zich verzet tegen toewijzing van het verzoek van XBC tot het verkrijgen van machtiging om de bijlagen B-1.a, B-1.b, B-2, B-3, B-4.a, B-4.b en B-5 bij het onderzoeksverslag in de uitkoopprocedure te overleggen. Het verzoek is, gelet op het arrest van de Ondernemingskamer van 28 juni 2016 in de uitkoopprocedure, toewijsbaar.
2.3
De machtiging strekt er enkel toe XBC in de gelegenheid te stellen om de genoemde bijlagen, tezamen met het voor een ieder ter inzage gelegde deel van het onderzoeksverslag, in de uitkoopprocedure over te leggen. Vanzelfsprekend kunnen ook de overige partijen in de uitkoopprocedure, gelet op het bepaalde in artikel 19 Rv, zich in die procedure uitlaten over die stukken.
2.4
Mocht een partij (anders dan Xeikon zelf) in een andere (gerechtelijke) procedure of in een ander verband mededelingen willen doen uit de niet voor een ieder ter inzage gelegde bijlagen bij het onderzoeksverslag, dan dient deze partij de voorzitter van de Ondernemingskamer afzonderlijk om een machtiging te verzoeken. Het blijft een ieder (behalve Xeikon) verboden om, buiten de reikwijdte van deze machtiging, mededelingen aan derden te doen uit de desbetreffende bijlagen.

3.De beslissing

De voorzitter van de Ondernemingskamer:
machtigt XBC B.V., gevestigd te Amsterdam, om uit bijlagen B-1.a, B-1.b, B-2, B-3, B-4.a, B-4.b en B-5 van het verslag van het door mr. J.M. Blanco Fernández verrichte onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Xeikon N.V., gevestigd te Eede, neergelegd ter griffie van de Ondernemingskamer op 4 augustus 2016, mededeling te doen in de uitkoopprocedure die aanhangig is bij de Ondernemingskamer met zaaknummer 200.151.876/01 OK;
wijst het anders of meerdere verzochte af;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, in tegenwoordigheid van
mr. H.H.J. Zevenhuijzen, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 27 september 2016.