Uitspraak
1.[A] ,
mr. P.J.Ph. Dietz de Loos,kantoorhoudende te Wassenaar,
[B],
mr. F.J. Kremer, kantoorhoudende te ’s-Gravenhage,
mr. J. Koekkoek, kantoorhoudende te Haarlem.
1.Het verloop van het geding
- verzoeker sub 1 met: [A]
- verzoekster sub 2 met: [B]
- verweerster met: [C]
- [D] met: [D]
- [E] met: [E]
- [F] met: [F]
primairverzochte onderzoeksperiode ingetrokken en in aanvulling op het in 1.2 weergegeven verzoek, de Ondernemingskamer verzocht – zakelijk weergegeven – [C] te veroordelen in de in dit geding werkelijk gemaakte volledige rechtsbijstandskosten van [A] en [B] . Partijen hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord.
2.De feiten
het onderzoeken of er mogelijk op ongeoorloofde wijze waarden van materieel belang zijn ontvreemd aan de vennootschap dan wel de aandeelhouders”. Tevens is overeengekomen dat [A] en [B] het verzoek tot het bevelen van een enquête en tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen intrekken.
dat het rapport onvolledig is en niet blijkt geeft van een zorgvuldig onderzoek, zodanig dat het verworpen moet worden”. Eveneens op 1 september 2014 heeft [A] schriftelijk commentaar geleverd op het conceptrapport van Hoiting. Ook nadien is met Hoiting over zijn opdracht en zijn rapportage gecorrespondeerd. Het onderzoek van Hoiting heeft nog niet geresulteerd in een definitief eindrapport.
- 31 december 2009: € 2.838.998;
- 31 december 2010: € 221.214;
- 31 december 2011: € 21.839;
- 31 december 2012: € 160.978 negatief;
- 31 december 2013: € 184.877 negatief;
- 31 december 2014: € 189.279 negatief.
- over het jaar 2009: € 125.791 negatief;
- over het jaar 2010: € 154.424 negatief;
- over het jaar 2011: € 199.375 negatief;
- over het jaar 2012: € 182.817 negatief;
- over het jaar 2013: € 23.899 negatief;
- over het jaar 2014: € 4.402 negatief.
- tegen het einde van 2010: € 506.014;
- tegen het einde van 2011: € 622.964;
- tegen het einde van 2012: € 805.764;
- tegen het einde van 2013: € 829.663;
- tegen het einde van 2014: € 834.065.
(…) Dit verlies is, vanwege een wetswijziging die van kracht is met ingang van het boekjaar 2007, nog slechts beperkt toekomstig verrekenbaar (was onbeperkt). De voorwaartse verliesverrekening is thans vastgesteld op maximaal negen jaar. (…)”
(…) Continuïteit
(…) Discontinuïteit
eenlopende juridische procedure; niet van een aantal daarvan, zoals in 2012 en 2013).
(…) het is al teloor gegaan. (…)