Uitspraak
15/871853-15 tegen
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
zij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 17 september 2014 tot en met 10 november 2015 in de gemeente Alkmaar en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, een of meer hoeveelheid/hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, althans bevattende (telkens) een (ander) middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
zij op of omstreeks 10 november 2015 in de gemeente Alkmaar tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 69 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
zij in de periode van 10 oktober 2014 tot en met 10 november 2015 in de gemeente Alkmaar tezamen en in vereniging met een ander meermalen telkens opzettelijk heeft verkocht en verstrekt een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne.
zij op 10 november 2015 in de gemeente Alkmaar tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 69 gram van een materiaal bevattende cocaïne.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Beslissingen omtrent het beslag
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
360 (driehonderdzestig) dagen.
123 (honderddrieëntwintig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of ten behoeve van het vaststellen van haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatie-plicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
mr. C.J.J. Kwint, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 3 augustus 2016.