ECLI:NL:GHAMS:2016:3170

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
29 juli 2016
Publicatiedatum
3 augustus 2016
Zaaknummer
23-004687-15
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake diefstal met geweld

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 29 juli 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in Roemenië, was beschuldigd van diefstal van een koptelefoon van de Media Markt in Alkmaar op 19 september 2012, waarbij geweld zou zijn gebruikt tegen een beveiligingsmedewerker. Tijdens de zitting op 15 juli 2016 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging gehoord. De tenlastelegging omvatte diefstal met geweld, maar het hof oordeelde dat het geweld niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. De verdachte werd vrijgesproken van het ten laste gelegde geweld en van het onderdeel 'tezamen en in vereniging'. Het hof achtte echter de diefstal van de koptelefoon wel bewezen. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een werkstraf van 120 uren, subsidiair 60 dagen hechtenis. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal dezelfde straf geëist, terwijl de raadsvrouw een voorwaardelijke taakstraf of geldboete voorstelde. Het hof heeft uiteindelijk een geldboete van €750,00 opgelegd, met 15 dagen hechtenis als alternatief bij niet-betaling. Het hof heeft de ernst van de feiten en de omstandigheden van de verdachte in overweging genomen, waaronder het feit dat de verdachte niet eerder strafrechtelijk was veroordeeld.

Uitspraak

parketnummer: 23-004687-15
datum uitspraak: 29 juli 2016
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsvrouw)
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 18 februari 2013 in de strafzaak onder parketnummer 14-196598-12 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Roemenië) op [geboortedag] 1992,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 15 juli 2016.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
zij op of omstreeks 19 september 2012 te Alkmaar tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een koptelefoon (monster beats pro detox black), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de Media Markt, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan haar mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte die [slachtoffer] in de pols heeft gebeten toen deze de verdachte aan wilde houden;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, reeds omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.
Partiële vrijspraak
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat het ten laste gelegde geweld wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
De raadsvrouw heeft te kennen gegeven dat de verdachte de bewezenverklaring niet wenst te betwisten maar heeft (in het kader van de strafmaat) aangevoerd dat uit het dossier niet blijkt dat de verdachte de beveiliger
(naar het hof begrijpt: [slachtoffer])heeft gebeten. De raadsvrouw heeft erop gewezen dat de verdachte heeft verklaard dat zij niet heeft gebeten maar dat slechts heeft geprobeerd.
Anders dan de advocaat-generaal is het hof van oordeel dat het ten laste gelegde geweld niet wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard. Het hof overweegt hiertoe dat in het dossier geen steun kan worden gevonden voor de stelling van [slachtoffer] dat de verdachte hem in zijn rechterpols heeft gebeten. Gelet hierop zal de verdachte van het ten laste gelegde geweld worden vrijgesproken. De verdachte zal ook van het onderdeel “tezamen en in vereniging” worden vrijgesproken, nu op basis van het dossier onvoldoende bewijs aanwezig is dat sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en één of meer anderen.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
zij op 19 september 2012 te Alkmaar met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een koptelefoon (monster beats pro detox black) toebehorende aan de Media Markt.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het aanwenden van een rechtsmiddel zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
diefstal.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straf

De politierechter in de rechtbank Noord-Holland heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 120 uren, subsidiair 60 dagen hechtenis met aftrek van voorarrest.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor de ten laste gelegde diefstal met geweld zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
De raadsvrouw heeft het hof verzocht een geheel voorwaardelijke taakstraf of een geldboete op te leggen.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon en de draagkracht van de verdachte.
Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal van een dure koptelefoon (488 euro) van de Media Markt. Winkeldiefstallen zijn hinderlijke feiten waarbij naast eventuele schade ook veel overlast aan de betrokken bedrijven kan worden veroorzaakt. Het hof heeft bij de strafmaat, ten voordele van de verdachte, acht geslagen op het feit dat zij, blijkens een haar betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 21 juni 2016, in Nederland niet eerder strafrechtelijk onherroepelijk is veroordeeld.
Nu het hof, anders dan de advocaat-generaal, het ten laste gelegde geweld niet wettig en overtuigend bewezen acht, is oplegging van een taakstraf niet passend.
Het hof acht, alles afwegende, een geldboete van na te melden hoogte passend en geboden.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 23, 24, 24c en 310 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
geldboetevan
€ 750,00 (zevenhonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
15 (vijftien) dagen hechtenis.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde geldboete in mindering zal worden gebracht, volgens de maatstaf van € 50,00 per in voorarrest doorgebrachte dag, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. J.W. Moors, mr. A.E. Kleene-Krom en mr. H.M.J. Quaedvlieg, in tegenwoordigheid van mr. S. Egidi, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 29 juli 2016.
mr. H.M.J. Quaedvlieg is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.