Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
(naar het hof begrijpt: de verdachte)met zijn linkerbeen trappende bewegingen in de richting van zijn dienstmotor maakte, en dat hij voelde dat zijn dienstmotor met kracht aan de rechterzijde werd geraakt waardoor hij in onbalans raakte. Voorts heeft [slachtoffer 2] verklaard dat hij getracht heeft de verdachte – door naast hem te gaan rijden en door middel van afdringen – tot stoppen te dwingen en dat de verdachte wederom met zijn linkerbeen krachtig tegen zijn dienstmotor aantrapte. De bevindingen van [slachtoffer 2] vinden bevestiging in hetgeen [slachtoffer 1] heeft gerelateerd. Laatstgenoemde verbalisant reed op ongeveer vijf meter afstand achter de verdachte en heeft gezien dat de verdachte meerdere malen met zijn linkerbeen een trappende beweging in de richting van [slachtoffer 2] maakte, waarbij de verdachte de dienstmotor van [slachtoffer 2] raakte en deze uit balans raakte. Gelet op het gegeven dat het bewijs steunt op de bevindingen van twee opsporingsambtenaren doet zich – anders dan de raadsvrouw heeft betoogd – niet een situatie voor als bedoeld in artikel 344, tweede lid Sv. Het hof heeft ook overigens geen reden te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de gerelateerde waarnemingen van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1].
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) maanden.