ECLI:NL:GHAMS:2016:3101

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
28 juli 2016
Publicatiedatum
28 juli 2016
Zaaknummer
23-004939-15
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van het vonnis in hoger beroep met aanpassing van bewijsmiddel

Op 28 juli 2016 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 4 december 2015 was gewezen. De zaak betreft een strafzaak met de parketnummers 13-703329-15 en 13-701904-15. De verdachte, geboren in 1969 en thans zonder bekende woon- of verblijfplaats, was in hoger beroep verschenen. Tijdens de zitting op 14 juli 2016 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vroeg om een veroordeling tot dezelfde straf als die door de rechter in eerste aanleg was opgelegd.

Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, maar met enkele aanpassingen in de tekst. Zo zijn er correcties aangebracht in de aanhef en enkele zinnen van het vonnis. Het hof heeft zich verenigd met het vonnis, maar heeft bewijsmiddel 3 aangepast. De beslissing van het hof is genomen door de meervoudige strafkamer, waarin drie rechters zitting hadden. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier, mr. D.G. Oomkes, en is openbaar uitgesproken op de zitting van 28 juli 2016. Mr. A.M. van Woensel was niet in staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

Parketnummer: 23-004939-15
Datum uitspraak: 28 juli 2016
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 4 december 2015 in de strafzaak onder de parketnummers 13-703329-15 en 13-701904-15 (TUL) tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1969,
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 14 juli 2016 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de raadsvrouw naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen, met dien verstande dat het hof bewijsmiddel 3 als volgt aanpast:
- in de aanhef wordt weggelaten “(inclusief foto’s)”;
- in de 6e regel het woord “langs” wordt weggelaten;
- de 10e regel wordt verbeterd als: “(…) laag metalen hekwerk van een schoolplein (…)”;
- in de 14e regel “bogen” wordt gewijzigd in “begon”.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. W.M.C. Tilleman, mr. A.M. van Woensel en mr. M.J.A. Plaisier, in tegenwoordigheid van mr. D.G. Oomkes, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 28 juli 2016.
Mr. A.M. van Woensel is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.