Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
. Mocht dit voor beide partijen geen bevredigend resultaat opleveren, dan neemt u weer contact op met mij. Beter Buren is dan een mogelijkheid om alsnog te proberen tot afspraken te komen.”
3.Beoordeling
grief 1dat een spoedeisend belang bij het gevorderde ontbreekt, omdat [appellant] na vijftien jaar aldaar te hebben gewoond zonder dat er ernstige problemen met omwonenden waren - op een enkel incident na - pas op 21 januari 2015 voor het eerst door Wormerwonen is benaderd over tegen hem ingediende klachten. Als de overlast zo ernstig is als Wormerwonen stelt, dan had hij daar eerder op moeten worden aangesproken, aldus [appellant] . Daarnaast stelt [appellant] dat de buren die klaagden over (geluids)overlast (met name [C] en de familie [E] ) inmiddels om hen moverende redenen zijn verhuisd en dat de nieuwe bewoners geen (geluids)overlast ervaren. Ter onderbouwing hiervan heeft [appellant] in hoger beroep verklaringen van vijf buurtbewoners overgelegd en een brief van zijn ex-partner, mevrouw [G] (hierna: [G] ). In
grief 2bestrijdt [appellant] het oordeel van de kantonrechter dat de verwachting gewettigd is dat in een bodemprocedure soortgelijke vorderingen als in dit kort geding aan de orde zullen worden toegewezen. Volgens [appellant] is een ontruiming van de woning niet (meer) gerechtvaardigd omdat de buren die klaagden niet meer in de galerijflat wonen. Daar komt bij dat de door [appellant] overgelegde verklaringen van buurtbewoners en van zijn ex-partner, de klachten van de “oude” buren in een ander daglicht plaatsen. Daarnaast dient Wormerwonen volgens [appellant] extra zorgvuldigheid ten aanzien van hem te betrachten, gelet op zijn lichamelijke en psychische problemen. [appellant] heeft ADHD en is (daardoor) niet goed in staat zijn gevoelens te uiten. Als gevolg daarvan kan hij af en toe agressief overkomen. Hij is daarvoor echter in behandeling bij Psy-Q. Verder heeft [appellant] een zware vorm van artrose en heeft hij psychische klachten (hij heeft recentelijk een zelfmoordpoging gedaan). [appellant] biedt aan externe hulp in te schakelen om de communicatie met Wormerwonen te verbeteren. Hij is eventueel ook bereid aanvullende huurvoorwaarden te ondertekenen.
“dat ene kwartier of half uur per dag dat hij zijn muziek aan heeft (..) wel te overleven [is, hof]”. De door [appellant] overgelegde verklaring van [G] kan evenmin tot een ander oordeel leiden, reeds omdat zij geen bewoonster van het appartementencomplex is. Wormerwonen heeft [appellant] sinds 21 januari 2015 meerdere keren aangesproken op zijn gedrag en hem gewaarschuwd voor de eventuele gevolgen indien hij de overlast niet staakt. [appellant] heeft toen te kennen gegeven “dat men het maar van hem te pikken heeft”. Ook nadien heeft [appellant] geen (voldoende) inzet getoond om een einde te maken aan het veroorzaken van overlast. Wormerwonen heeft de wijkagent ingeschakeld en de GGD en zij heeft tevens aangestuurd op het doorlopen van een traject via Beterburen, maar dit heeft allemaal niet mogen baten. Dat [appellant] inmiddels een keer ten goede heeft gemaakt, is niet voldoende aannemelijk geworden. Het aanbod van [appellant] om externe hulp in te schakelen is, gezien al het vorenstaande, onvoldoende.