Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 7 september 2014 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer] van het leven te beroven, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, terwijl die [slachtoffer] op de grond lag, met kracht, meermalen, althans eenmaal tegen het gezicht, althans tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft geschopt en/of geslagen en/of meermalen, althans eenmaal met een mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp in de rug, althans in het lichaam van die [slachtoffer] heeft gestoken;
hij op of omstreeks 7 september 2014 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk en met voorbedachten rade, zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, terwijl die [slachtoffer] op de grond lag, met kracht, meermalen, althans eenmaal tegen het gezicht, althans tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft geschopt en/of geslagen en/of meermalen, althans eenmaal met een mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp in de rug, althans in het lichaam van die [slachtoffer] heeft gestoken.
Vonnis waarvan beroep
Vrijspraak
Gevoerde verweren
Bewezenverklaring
hij op 7 september 2014 te Amsterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet, terwijl die [slachtoffer] op de grond lag, met kracht met een mes in de rug van die [slachtoffer] heeft gestoken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden.
5 (vijf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of ten behoeve van het vaststellen van zijn/haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
€ 2.815,05 (tweeduizend achthonderdvijftien euro en vijf cent) bestaande uit € 315,05 (driehonderdvijftien euro en vijf cent) materiële schade en € 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 2.815,05 (tweeduizend achthonderdvijftien euro en vijf cent) bestaande uit € 315,05 (driehonderdvijftien euro en vijf cent) materiële schade en € 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
38 (achtendertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.