3.1.Het gaat in deze zaak om het volgende.
( a) Tussen partijen is op 4 juni 2004 een overeenkomst gesloten (hierna: de beheerovereenkomst) op grond waarvan Provast met ingang van genoemde datum het beheer heeft gevoerd over het aan [appellant] in eigendom toebehorende appartement aan de [adres] (hierna: het appartement).
( b) Op 12 maart 2013 heeft de deurwaarder het appartement, dat door [appellant] aan [X] was verhuurd, ontruimd, zulks op grond van een door de kantonrechter tussen [appellant] en [X] gewezen vonnis van 13 februari 2013.
( b) Op 10 maart 2014 heeft een bespreking tussen partijen plaatsgevonden, waarbij [appellant] klachten over het door Provast gevoerde beheer heeft geuit.
( c) Bij brief van 21 maart 2014 heeft [appellant] Provast aansprakelijk gesteld voor door hem geleden, in de brief toegelichte, schade. Daarbij heeft hij geen bedrag genoemd.
( d) Bij brief van 25 maart 2014 heeft Provast gemotiveerd betwist dat [appellant] door haar toedoen enige schade heeft geleden. Daarnaast heeft zij, omdat [appellant] volgens haar door zijn aansprakelijkstelling het vertrouwen tussen partijen had geschaad, voorgesteld de beheerovereenkomst per 30 april 2014 te beëindigen. In dat verband heeft Provast aanspraak gemaakt op betaling van het haar toekomende openstaande saldo van ruim € 15.000,= in verband met beheerkosten en door haar aan [appellant] voorgeschoten bedragen.
( e) [appellant] heeft zich neergelegd bij de door Provast voorgestelde beëindiging van de beheerovereenkomst.
( f) Bij brief van 17 april 2014 heeft Provast haar eindafrekening ter grootte van € 14.597,77 aan [appellant] doen toekomen en hem gesommeerd dit bedrag te betalen. [appellant] heeft dat niet gedaan.
( g) In de eerste aanleg van dit geding vorderde Provast in conventie de veroordeling van [appellant] tot betaling van het bedrag van € 14.597,77, vermeerderd met wettelijke rente en kosten. [appellant] vorderde in reconventie de betaling van Provast van een bedrag van € 14.799,= met wettelijke rente en kosten. Bij het bestreden vonnis heeft de kantonrechter de vordering van Provast grotendeels toegewezen en die van [appellant] geheel afgewezen, telkens onder veroordeling van [appellant] in de proceskosten.