ECLI:NL:GHAMS:2016:1447

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
14 april 2016
Publicatiedatum
15 april 2016
Zaaknummer
200.168.542/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking inzake onderzoek naar beleid en gang van zaken van Rotterdamse Taxi Centrale RTC N.V. en RTC Franchise B.V.

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 14 april 2016, wordt ingegaan op het onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de Rotterdamse Taxi Centrale RTC N.V. en RTC Franchise B.V. Dit onderzoek werd bevolen bij een eerdere beschikking op 11 september 2015, waarbij mr. P.D. Olden als onderzoeker werd aangewezen. De Ondernemingskamer heeft kennisgenomen van het verslag van het onderzoek, dat op 12 april 2016 door de onderzoeker is ingediend. De griffier heeft het verslag met bijlagen ter griffie neergelegd.

De Ondernemingskamer heeft de inhoud van het verslag en de betrokken belangen in overweging genomen. Op basis van artikel 2:353 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek heeft de Ondernemingskamer besloten dat het verslag met bijlagen ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden. Dit betekent dat belanghebbenden de mogelijkheid hebben om het verslag in te zien en kennis te nemen van de bevindingen van het onderzoek.

De beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beslissing is genomen door een collegiaal orgaan, bestaande uit de voorzitter en twee raadsheren, bijgestaan door raden en de griffier.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.168.542/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 14 april 2016
inzake
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[verzoeker 1],
gevestigd te [....] ,
(...)
23.
[verzoeker 23],
wonende te [....] ,
VERZOEKERS,
advocaten:
mr. P. Haasen
mr. B. Verkerk, beiden kantoorhoudende te Rotterdam,
t e g e n
1. de naamloze vennootschap
ROTTERDAMSE TAXI CENTRALE RTC N.V.,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RTC FRANCHISE B.V.,
beide gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTERS,
advocaten:
mr. J.G. Princenen
mr. J.P.D. van de Klift, beiden kantoorhoudende te Rotterdam,
e n t e g e n

1.[belanghebbende 1] ,

wonende te [....] ,
(...)
60.
[belanghebbende 60],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. M.E.C. Loken
mr. B. Kemp, beiden kantoorhoudende te Den Haag.

1.Het verloop van het geding

1.1
Partijen worden hierna verzoekers, RTC, RTC Franchise en belanghebbenden genoemd.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 11 september 2015, 18 september 2015, 2 december 2015 en 24 maart 2016.
1.3
Bij de beschikking van 11 september 2015 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van RTC en RTC Franchise over de periode vanaf 1 januari 2009. Bij de beschikking van 18 september 2015 heeft de Ondernemingskamer mr. P.D. Olden (hierna: de onderzoeker) aangewezen als onderzoeker.
1.4
Bij brief van 12 april 2016 heeft de onderzoeker het verslag met bijlagen van het in 1.3 bedoelde onderzoek aan de Ondernemingskamer doen toekomen.
1.5
De griffier heeft het verslag met bijlagen heden ter griffie van de Ondernemingskamer neergelegd.

2.De gronden van de beslissing

De Ondernemingskamer heeft kennis genomen van het verslag met bijlagen van het onderzoek. Gelet op de inhoud daarvan en op de overigens in deze zaak betrokken belangen, acht de Ondernemingskamer termen aanwezig om op de voet van artikel 2:353 lid 2 BW te bepalen dat het verslag met bijlagen ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
bepaalt dat het verslag met bijlagen van het bij de beschikking van 11 september 2015 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Rotterdamse Taxi Centrale RTC N.V. en RTC Franchise B.V., beide gevestigd te Rotterdam, ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.M.L Broekhuijsen-Molenaar en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en H. de Munnik en mr. J.B.M. Streppel, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 14 april 2016.