Uitspraak
1.Het geding in hoger beroep
.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft de notaris op 1 oktober 2015 een beroepschrift ingediend tegen een beslissing van de kamer voor het notariaat in Amsterdam, die op 3 september 2015 een klacht van de klaagster tegen de notaris gedeeltelijk gegrond verklaarde en de maatregel van berisping oplegde. De klaagster had een klacht ingediend tegen de notaris, waarbij de kamer de klacht op een onderdeel niet-ontvankelijk verklaarde en op twee onderdelen gegrond. Op 30 oktober 2015 ontving het hof een verweerschrift van de klaagster. De notaris heeft op 15 maart 2016 het hoger beroep ingetrokken, wat op 16 maart 2016 ter griffie van het hof is ingekomen. Het hof heeft vervolgens beoordeeld dat, nu de notaris het hoger beroep heeft ingetrokken, hij niet in het beroep kan worden ontvangen. Dit betekent dat de eerdere beslissing van de kamer, waarbij de maatregel van berisping aan de notaris is opgelegd, onherroepelijk wordt. De uitspraak van het hof, waarin de notaris niet-ontvankelijk wordt verklaard in het hoger beroep, is openbaar uitgesproken op 29 maart 2016.