ECLI:NL:GHAMS:2016:1099
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tuchtprocedure tegen gerechtsdeurwaarder wegens onvoldoende communicatie en onterechte verstekvonnis
In deze tuchtprocedure heeft klager, een appellant, een klacht ingediend tegen een gerechtsdeurwaarder. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat er onvoldoende communicatie heeft plaatsgevonden over de herberekening van het openstaande saldo op 7 januari 2013. Klager was in de veronderstelling dat hij aan zijn betalingsverplichtingen had voldaan. Daarnaast stelt klager dat de gerechtsdeurwaarder een verstekvonnis heeft verkregen, terwijl hij dacht dat hij aan zijn verplichtingen voldeed. De kamer heeft de klacht gegrond verklaard, maar zonder maatregel. Het hof heeft de beslissing van de kamer vernietigd en klachtonderdeel i. gegrond verklaard, maar zonder maatregel te verbinden. Klachtonderdeel ii. werd ongegrond verklaard. De zaak betreft een hoger beroep tegen de beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders te Amsterdam, die op 20 oktober 2015 een eerdere klacht van klager gegrond verklaarde zonder maatregel. Het hof heeft de feiten van de kamer overgenomen, waarbij klager betrokken was bij twee dossiers van betalingsachterstanden in zorgverzekeringspremies. Klager heeft in het verleden betalingen verricht, maar door een herberekening van het openstaande saldo ontstond er onduidelijkheid. Het hof heeft geoordeeld dat de gerechtsdeurwaarder onvoldoende heeft gecommuniceerd over deze herberekening, wat een tuchtrechtelijk verwijt oplevert. De gerechtsdeurwaarder heeft echter geen fouten gemaakt in de berekeningen die aan klager zijn verstrekt, waardoor klachtonderdeel ii. ongegrond werd verklaard. Het hof heeft besloten dat er geen maatregel nodig is, gezien de omstandigheden van de zaak.