Uitspraak
Onderzoek van de zaak
7 maart 2016 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 20 december 2011 te Landsmeer, en/of (elders) in de Gemeente Landsmeer, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer 1] van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, met een vuurwapen een kogel geschoten in/door het hoofd van die [slachtoffer 1] , tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
hij op of omstreeks 20 december 2011 te Purmerland, gemeente Landsmeer, en/of in de Gemeente Landsmeer tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg,
Vonnis waarvan beroep
Inleiding
Ten aanzien van feit 1
16.57 uur is [medeverdachte 3] samen met [slachtoffer 2] bij de KFC aangekomen. Tien minuten later arriveerde [slachtoffer 1] met zijn broer [getuige 4] bij de KFC in een Volkswagen Polo. Weer zeven minuten later, om
17.14 uur, is de Renault Megane met daarin de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] het parkeerterrein van de KFC opgereden. Om 19.49 uur is [slachtoffer 3] bij de KFC gearriveerd in een Peugeot 207. De verdachte heeft verklaard dat zij bij de KFC [medeverdachte 3] in de gaten hielden. Om 20.02 uur is [medeverdachte 3] als chauffeur met [slachtoffer 1] als passagier in zijn auto weggereden bij de KFC, direct gevolgd door de Peugeot 207 met daarin [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] en de Renault Megane met de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Nadat de Peugeot 207 met [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] een andere weg hadden genomen, zijn [medeverdachte 3] en [slachtoffer 1] van Amsterdam-Noord de Kanaaldijk opgereden, richting Purmerend, gevolgd door de Renault Megane met de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Op de Kanaaldijk heeft vervolgens deze Renault Megane de auto van [medeverdachte 3] met daarin [slachtoffer 1] ingehaald en klemgereden.
Ten aanzien van feit 2
Bewezenverklaring
hij op 20 december 2011 te Landsmeer, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk [slachtoffer 1] van het leven heeft beroofd, immers hebben verdachte en zijn mededader met dat opzet, met een vuurwapen een kogel geschoten door het hoofd van die [slachtoffer 1] , ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
hij op 20 december 2011 te Purmerland, gemeente Landsmeer, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] van het leven heeft beroofd, immers hebben verdachte en zijn mededader met dat opzet,
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 4]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 5]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 6]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) jaren.
€ 6.620,00 (zesduizend zeshonderdtwintig euro) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 6.620,00 (zesduizend zeshonderdtwintig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
68 (achtenzestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 6.367,41 (zesduizend driehonderdzevenenzestig euro en eenenveertig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 6.367,41 (zesduizend driehonderdzevenenzestig euro en eenenveertig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
66 (zesenzestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 3.221,43 (drieduizend tweehonderdeenentwintig euro en drieënveertig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 3.221,43 (drieduizend tweehonderdeenentwintig euro en drieënveertig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
42 (tweeënveertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.