ECLI:NL:GHAMS:2016:1031

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
9 maart 2016
Publicatiedatum
21 maart 2016
Zaaknummer
23-003256-15
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak na herziening en verwijzing door de Hoge Raad wegens persoonsverwisseling

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 9 maart 2016 uitspraak gedaan na een verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden. De zaak betreft een vrijspraak van de verdachte, die eerder door de politierechter in de rechtbank Alkmaar was veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken. De Hoge Raad had op 21 april 2015 de aanvraag tot herziening van het vonnis van de politierechter gegrond verklaard, waarna de zaak naar het gerechtshof werd verwezen voor herbeoordeling.

Tijdens de zitting op 9 maart 2016 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vrijspraak heeft gevorderd. De tenlastelegging betrof een poging tot diefstal in de gemeente Alkmaar op 24 april 2008. Het hof heeft vastgesteld dat er sprake was van een persoonsverwisseling. De verdachte die op 24 april 2008 was aangehouden, bleek niet dezelfde persoon te zijn als de verdachte die in de zaak werd vervolgd. Dit werd onderbouwd door verschillende proces-verbaal van bevindingen en verklaringen van de betrokken verbalisanten.

Op basis van deze bevindingen heeft het hof geconcludeerd dat de verdachte het ten laste gelegde feit niet heeft begaan. Het hof heeft daarom het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de rechters J.J.I. de Jong, G. Oldekamp en R.A.F. Gerding zitting hadden. Het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 9 maart 2016.

Uitspraak

parketnummer: 23-003256-15
datum uitspraak: 9 maart 2016
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen – na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 21 april 2015 – op het in kracht van gewijsde gegane vonnis van de politierechter in de rechtbank Alkmaar van 3 oktober 2008 in de strafzaak onder parketnummer 14-702569-08 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1984,
adres: [adres] .

Procesgang

De politierechter in de rechtbank Alkmaar heeft de verdachte voor het tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 weken met aftrek van voorarrest.
De Hoge Raad der Nederlanden heeft bij arrest van 21 april 2015 een namens de verdachte ingediende aanvraag tot herziening van voormeld in kracht van gewijsde gegane vonnis van 3 oktober 2008 gegrond verklaard en de zaak naar het gerechtshof Amsterdam verwezen teneinde de zaak opnieuw te berechten en af te doen.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is – na verwijzing – gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 9 maart 2016.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 24 april 2008 in de gemeente Alkmaar ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit (het magazijn van) een winkel aan de Langestraat weg te nemen een hoeveelheid kleding, geheel of ten dele toebehorende aan “ [bedrijf] ”, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zich daarbij de toegang tot (het magazijn van) die winkel te verschaffen en/of die/dat weg te nemen hoeveelheid kleding onder zijn bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, en/of een valse sleutel,
* naar die winkel is gegaan en/of
* een sleutel heeft gepakt en/of
* (vervolgens) met die sleutel één of meer deuren van dat magazijn heeft geopend en/of
* dat magazijn is binnengegaan, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Het vonnis van de politierechter

Het vonnis van de politierechter in de rechtbank Alkmaar van 3 oktober 2008 zal worden vernietigd, omdat het hof met betrekking tot de bewijsvraag tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden vrijgesproken.

Vrijspraak

Uit het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant] van 21 juli 2009 blijkt dat de op 24 april 2008 aangehouden en op 25 april 2008 door [verbalisant] verhoorde persoon – die zich uitgaf als te zijn [verdachte] – niet dezelfde persoon is als de verdachte [verdachte] die [verbalisant] op 21 juli 2008 heeft bezocht in de penitentiaire inrichting Lelystad.
Voorts heeft het hof geconstateerd dat de handtekening die onder het proces-verbaal van verhoor van 25 april 2008 is geplaatst, een volledig andere is dan de handtekening die prijkt op het paspoort van de verdachte.
In een proces-verbaal van verhoor van 21 februari 2007, opgemaakt door de politie Amsterdam-Amstelland in verband met een aanhouding op 20 februari 2007 ter zake diefstal met geweld, heeft de aangehouden persoon verklaard – die zich ook in dit geval uitgaf als te zijn [verdachte] – dat hij heeft gelogen over zijn naam, dat hij in werkelijkheid [verdachte] heet en dat [naam] familie van hem is. Onder [verdachte] zijn in die zaak een OV-studentenkaart en een bankpas op naam van [verdachte] inbeslaggenomen.
Uit het bovenstaande leidt het hof af dat ten aanzien van het aan de verdachte ten laste gelegde feit sprake is van een persoonsverwisseling. Het hof heeft dan ook de overtuiging bekomen dat de verdachte het aan hem ten laste gelegde feit niet heeft begaan; de verdachte dient derhalve te worden vrijgesproken.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis van de politierechter in de rechtbank Alkmaar van 3 oktober 2008 en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. J.J.I. de Jong, mr. G. Oldekamp en mr. R.A.F. Gerding, in tegenwoordigheid van
mr. F.A. Dudok van Heel, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 9 maart 2016.
mr. R.A.F. Gerding is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.