Uitspraak
mrs. J.D. Kleynen
C. La Lau, kantoorhoudende te Amsterdam,
mrs. M.E.U. Janssensen
S.N.J. Putter, kantoorhoudende te Amsterdam, thans
mr. M.A.M.J. Stücken, kantoorhoudende te Amsterdam,
1.Het verloop van het geding
(…) dat de vennootschap er tot heden, ondanks diverse correspondentie, niet toe is overgegaan enig bedrag te betalen noch voor enig bedrag zekerheid te stellen.
, met wie ik contact houd. Zijn laatste bericht, van gisteren, is als volgt: “the company is very anxious to facilitate reasonable inquiry by you under terms ordered by the Dutch court. I’m hopeful that the company will be in a position to discharge your invoice shortly to allow you to conduct your investigation. Sorry that I can’t be more definitive at this stage.”
Kort gezegd: er wordt niet betaald en de relevante stukken krijg ik ook niet. Alles moet uit Ierland komen.
heb ik getracht schot in de zaak te krijgen. Dat is niet gelukt. Op aanraden van uw secretariaat heb ik op 23 mei de vennootschap voor het laatst aangeschreven (…). Ik verwacht niet dat dit tot een wijziging in de opstelling bij de heren in Ierland zal leiden.
De vennootschap aan wie betaling c.q. garantstelling was gelast heeft ook na mijn brief van 27 mei jl. niets betaald en ook geen enkele betalingsgarantie afgegeven. Wel heeft de verzoekende partij, [verzoeker], middels diens advocaat, mij laten weten (onverplicht) een bedrag van EUR 4.000,-- ter beschikking te willen stellen. (…)
Client wenst aldus voortzetting van de procedure. Gezien het voornoemde voornemen ziet cliënt graag dat de heer Schaink (nog) niet wordt ontheven uit zijn benoeming als onderzoeker. Vanzelfsprekend dient de heer Schaink een honorarium te ontvangen voor de door hem verrichtte werkzaamheden. Om deze reden heeft cliënt reeds een bedrag van EUR 4.000 aan de heer Schaink voldaan, daar betaling door de vennootschap uitbleef.”
Ik maak verder van de gelegenheid gebruik te melden dat (de advocaat van) Mr. [verzoeker] mij een bedrag van EUR 4.000,-- inclusief btw heeft betaald ter bestrijding van reeds gemaakte kosten. Het totaal van de door mij aan de zaak bestede tijd (tot aan deze zitting), is 18 uur. Het daarmee gemoeide bedrag (…) bedraagt EUR 6.534,00 inclusief btw, (…). Voorafgaand aan de zittingsdatum is derhalve een tekort ontstaan van EUR 2.534,00 inclusief BTW.”
haar bestuurder, de heer [belanghebbende], vrijwillig zal aftreden en dat zij zich zal refereren aan het oordeel van de Ondernemingskamer ten aanzien van het verzoek van de heer [verzoeker] om een onafhankelijke bestuurder te benoemen.”
counsel’ van Phoenicia, toegezegd dat [P] de door de onderzoeker gevraagde documentatie op een termijn van enkele dagen na de terechtzitting aan mr. Schaink zal (laten) zenden.