ECLI:NL:GHAMS:2015:5083
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid werkgever voor asbestblootstelling tijdens werkzaamheden in ziekenhuis
In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van de Stichting Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG) voor de asbestblootstelling van [X], die van 1973 tot 1979 in loondienst werkte als administratief assistente en later als doktersassistente in het Anna Paviljoen. [X] werd in 2007 gediagnosticeerd met maligne mesothelioom, een asbestgerelateerde ziekte, en stelde OLVG aansprakelijk voor de schade die zij had geleden door deze ziekte. De kantonrechter oordeelde in eerdere vonnissen dat OLVG niet had aangetoond dat [X] niet aan asbest was blootgesteld tijdens haar dienstverband. OLVG ging in hoger beroep tegen deze vonnissen.
Tijdens de zitting in hoger beroep op 1 juli 2015 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. OLVG betwistte dat [X] aan asbest was blootgesteld en voerde aan dat de enkele aanwezigheid van asbesthoudende materialen in het gebouw niet voldoende was om te concluderen dat er schadelijke blootstelling had plaatsgevonden. Het hof heeft de feiten en argumenten van beide partijen zorgvuldig gewogen. Het hof concludeerde dat de stellingen van [geïntimeerde] onvoldoende onderbouwd waren en dat er geen bewijs was dat [X] daadwerkelijk aan asbest was blootgesteld tijdens haar werkzaamheden.
Het hof vernietigde de eerdere vonnissen en wees de vorderingen van [geïntimeerde] af, waarbij het oordeelde dat OLVG niet aansprakelijk was voor de schade van [X]. De proceskosten werden toegewezen aan OLVG, die als in het gelijk gestelde partij werd aangemerkt. Dit arrest benadrukt de noodzaak van voldoende bewijs bij claims van asbestblootstelling en de verantwoordelijkheden van werkgevers in dergelijke situaties.