ECLI:NL:GHAMS:2015:4837
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tuchtprocedure tegen gerechtsdeurwaarder wegens onterecht beslag en kosten
In deze tuchtprocedure heeft klager, een appellant, een klacht ingediend tegen de gerechtsdeurwaarder, die als vestigingsmanager verantwoordelijk was voor de processen in het dossier. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder en zijn medewerkers, [A], [B] en [C], dat zij nodeloos kosten hebben gemaakt door het vonnis aan hem te betekenen en vervolgens beslaglegging te initiëren. De kamer voor gerechtsdeurwaarders te Amsterdam heeft op 14 april 2015 de klacht van klager gegrond verklaard en de gerechtsdeurwaarder berispt. Klager heeft op 26 mei 2015 hoger beroep ingesteld tegen deze beslissing.
Het hof heeft de zaak behandeld op 4 september 2015, waarbij klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder aanwezig waren. Klager heeft zijn standpunt toegelicht aan de hand van een pleitnota en bijgevoegde e-mails. De gerechtsdeurwaarder heeft verweer gevoerd en benadrukt dat de klacht op naam van de gerechtsdeurwaarder moet worden gesteld, ondanks dat deze gericht is tegen andere medewerkers.
Het hof heeft vastgesteld dat de gerechtsdeurwaarder verantwoordelijk was voor de betekening van het vonnis en de beslaglegging, maar heeft de klacht tegen [A], [B] en [C] als niet ingediend beschouwd. Wat betreft de beslaglegging voor nakosten heeft het hof geoordeeld dat de gerechtsdeurwaarder onterecht heeft gehandeld door beslag te leggen zonder een rechtsgeldige titel, aangezien er een geschil bestond over de nakosten. Het hof heeft de beslissing van de kamer vernietigd, de klacht gegrond verklaard voor de beslaglegging en de gerechtsdeurwaarder berispt. De overige onderdelen van de klacht zijn ongegrond verklaard.