Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
GEMEENTELIJK VERVOERBEDRIJF EXPLOITATIE B.V.,
N.V. VERZEKERINGSBEDRIJF GROOT AMSTERDAM,
1.Het geding in hoger beroep
Aantekeningen comparitiedie in het dossier gevoegd zijn. Ten slotte is arrest gevraagd.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een letselschadeclaim van een 14-jarige jongen die op 19 november 2010 op het metrostation Lelylaan in Amsterdam door een metrovoertuig is overreden. De jongen, aangeduid als [appellant], heeft ernstig letsel opgelopen en stelt dat de metrobestuurder een fout heeft gemaakt, wat leidt tot aansprakelijkheid van het Gemeentelijk Vervoersbedrijf (GVB) en haar verzekeraar, N.V. Verzekeringsbedrijf Groot Amsterdam (VGA). De rechtbank heeft de vordering van [appellant] afgewezen, omdat niet is komen vast te staan dat het letsel is veroorzaakt door een fout van de bestuurder.
In hoger beroep heeft [appellant] twaalf grieven ingediend, waarbij hij aanvoert dat de rechtbank onvoldoende feitenonderzoek heeft gedaan. Het hof constateert dat er onduidelijkheid bestaat over wat de metrobestuurder heeft kunnen waarnemen ten tijde van het ongeval. Het hof oordeelt dat een deskundigenbericht noodzakelijk is om de zorgvuldigheidsplicht van de bestuurder te beoordelen en om vast te stellen of de bestuurder [appellant] op de cabinemonitor heeft kunnen zien. Het hof vraagt de deskundige om het blikveld van de bestuurder te beschrijven, de tijdsduur van de zichtbaarheid van beelden en de mogelijkheden van de bestuurder om het ongeval te voorkomen.
De zaak is aangehouden voor het inwinnen van deskundigenadvies, waarna partijen de gelegenheid krijgen om te reageren op het deskundigenbericht. Het hof houdt verdere beslissingen aan tot na het deskundigenonderzoek.