Uitspraak
mrs. F.M. Peters en M.D. Hazenberg, kantoorhoudende te Amsterdam,
mrs. E.M. Soerjatinen
M.C. Leijten, kantoorhoudende te Amsterdam,
1.[Belanghebbende sub 1],
[Belanghebbende sub 2],
mrs. I.S. Oosterhoff en R.J.T. Kamstra,kantoorhoudende te Amsterdam,
3.[Belanghebbende sub 3],
mrs. J.A. Meijer en K. ter Hart, kantoorhoudende te Den Haag.
1.Het verloop van het geding
- verzoeker als [verzoeker];
- verweersters 1 tot en met 4 gezamenlijk als Leaderland c.s.;
- belanghebbende 1 als [Belanghebbende sub 1] ;
- belanghebbende 2 als [Belanghebbende sub 2];
- belanghebbende 3 als [Belanghebbende sub 3].
2.De gronden van de beslissing
zie ook punt 3.2 van de Aandachtspunten, suggesties en aanbevelingen voor onderzoekers in enquêteprocedures). Het is derhalve aan de onderzoekers om te bepalen welke informatie zij voor hun onderzoek nodig hebben, welke personen zij daarbij wensen te horen en hoeveel tijd met het een en ander is gemoeid. De raadsheer-commissaris ziet in het door [verzoeker] gestelde geen relevante feiten of omstandigheden die ertoe nopen van bovenstaand uitgangspunt af te wijken en aan de onderzoekers een aanwijzing op te leggen om het onderzoek binnen bepaalde tijd af te ronden. Voor dat oordeel is van belang dat de onderzoekers een afdoende verklaring hebben gegeven (zie hierboven onder 2.2) over de voortgang van het onderzoek.