ECLI:NL:GHAMS:2015:1026
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tuchtprocedure tegen gerechtsdeurwaarders wegens onterecht incasseren en vervalsen van aanmaningen
In deze tuchtprocedure heeft klaagster, een particulier, de gerechtsdeurwaarders aangeklaagd wegens onterecht incasseren van achterstallige VvE-termijnen en het vervalsen van aanmaningen. Klaagster stelt dat de gerechtsdeurwaarders niet conform het incassoprotocol van de VvE hebben gehandeld, omdat zij niet eerst zijn aangemaand tot betaling. Daarnaast heeft klaagster betoogd dat de gerechtsdeurwaarders vervalste aanmaningen hebben ingediend in de procedure bij de rechtbank, en dat zij niet vooraf hebben aangekondigd dat zij tot dagvaarding zouden overgaan. Klaagster heeft ook geklaagd over het vorderen van bedragen die niet door de rechtbank zijn toegewezen en het uitoefenen van dwang door het vorderen van nasalaris.
De kamer voor gerechtsdeurwaarders heeft de klacht op twee onderdelen gegrond verklaard, maar zonder oplegging van een maatregel. Het hof heeft de beslissing van de kamer gevolgd, maar heeft besloten om de gerechtsdeurwaarders de maatregel van berisping op te leggen. Het hof oordeelt dat de gerechtsdeurwaarders hun excuses pas hebben aangeboden nadat de klacht was ingediend, en dat er niet kan worden gesproken van een enkele fout. De gerechtsdeurwaarders hebben in hun verweer aangevoerd dat de gemachtigde van klaagster niet bevoegd was om het beroepschrift in te dienen, maar het hof heeft geoordeeld dat klaagster ontvankelijk is in het hoger beroep. De beslissing van het hof houdt in dat klaagster niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar nieuwe klachten en verzoeken om schadevergoeding, maar dat de maatregel van berisping aan de gerechtsdeurwaarders wordt opgelegd.