ECLI:NL:GHAMS:2014:5101

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 december 2014
Publicatiedatum
3 december 2014
Zaaknummer
200.120.026/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot verhoging onderzoeksbudget en vaststelling vergoeding onderzoeker in ondernemingsrechtelijke zaak

In deze zaak, behandeld door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, heeft verzoekster Susan Carol Redelaar een verzoek ingediend tot verhoging van het onderzoeksbudget en vaststelling van de vergoeding van de onderzoeker op basis van artikel 2:350 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek. De zaak betreft een eerder bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Sovereign Trust (Netherlands) B.V. (STN). De Ondernemingskamer had eerder al een onderzoek bevolen en een maximum bedrag van € 25.000 (exclusief BTW) vastgesteld voor de kosten van dit onderzoek.

De verzoeker heeft in een brief van 19 november 2014 verzocht om het onderzoeksbudget te verhogen naar € 31.370 (exclusief BTW) en om de vergoeding van de onderzoeker overeenkomstig dit bedrag vast te stellen. Aangezien er geen bezwaren zijn ingediend tegen dit verzoek en de Ondernemingskamer het verzoek niet onredelijk acht, heeft zij besloten het maximum bedrag voor het onderzoek te verhogen en de vergoeding van de onderzoeker vast te stellen op het gevraagde bedrag.

De beschikking is gegeven door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en verschillende raadsheren, en is op 2 december 2014 in het openbaar uitgesproken. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk effect heeft, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen deze beschikking kunnen worden aangewend.

Uitspraak

beschikking
______________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.120.026/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 2 december 2014
inzake
Susan Carol REDELAAR,
wonende te Zandvoort,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. M.J. Meermans-de Vries, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SOVEREIGN TRUST (NETHERLANDS) B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
niet verschenen,
e n t e g e n
1. de naamloze vennootschap naar Antilliaans recht
HYKSOS MANAGEMENT N.V.,
gevestigd te Curaçao,
BELANGHEBBENDE,
niet verschenen,
e n t e g e n

2 Howard Thomas Dixon BILTON,

wonende te Hong Kong,
3.
Diana DENTITH,
wonende te Isle of Man, Verenigd Koninkrijk,
4. de rechtspersoon naar het recht van het Verenigd Koninkrijk
THE SOVEREIGN GROUP,
gevestigd te Turks en Caicos eilanden, Verenigd Koninkrijk,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. R.G.J. de Haan,kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
In het vervolg zal verzoekster worden aangeduid met Redelaar, verweerster met STN en belanghebbende sub 1 met Hyksos N.V.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 5 april 2013, 17 april 2013, 15 mei 2014 en 20 november 2014 in deze zaak.
1.3
Bij de beschikkingen van 5 en 17 april 2013 heeft de Ondernemingskamer - voor zover thans van belang - een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van STN, een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 25.000 (exclusief BTW), alsmede bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding G.L. Sirks benoemd tot bestuurder van STN, bepaald dat alle aandelen van Hyksos N.V. in het kapitaal van STN minus één aandeel en alle aandelen van Redelaar in het kapitaal van STN minus één aandeel ten titel van beheer aan mr. T. de Waard zijn overgedragen, en een aantal bestuursbesluiten geschorst.
1.4
Bij de beschikking van 15 mei 2014 heeft de Ondernemingskamer mr. H.M. de Mol van Otterloo aangewezen als onderzoeker.
1.5
In een brief van 19 november 2014 heeft de onderzoeker een overzicht van de door hem en zijn kantoorgenoten aan het onderzoek bestede uren gegeven en de Ondernemingskamer verzocht om – zo begrijpt de Ondernemingskamer – het onderzoeksbudget tot een bedrag van € 31.370 (exclusief BTW) te verhogen en zijn vergoeding overeenkomstig artikel 2:350 lid 3 BW op dat bedrag te bepalen.
1.6
Bij beschikking van 20 november 2014 heeft de Ondernemingskamer bepaald dat het op die dag ter griffie neergelegde verslag (met bijlagen) van de onderzoeker ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden. Voorts heeft zij bij die beschikking partijen in de gelegenheid gesteld zich uiterlijk op 28 november 2014 uit te laten over de hiervoor onder 1.5 weergegeven verzoeken van de onderzoeker. Van partijen is daarop niet vernomen.

2.De gronden van de beslissing

Nu tegen de verzoeken van de onderzoeker geen bezwaren zijn aangevoerd en deze verzoeken de Ondernemingskamer ook niet onredelijk voorkomen, zal de Ondernemingskamer - met gelijktijdige verhoging van het maximum tot dat bedrag - de vergoeding van de onderzoeker overeenkomstig artikel 2:350 lid 3 BW bepalen als hierna te vermelden.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het bij de beschikking van 5 april 2013 in deze zaak bevolen onderzoek ten hoogste mag kosten tot € 31.370 (exclusief BTW);
bepaalt de vergoeding van de onderzoeker op € 31.370 (exclusief BTW);
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. P. Ingelse, voorzitter, mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar en
mr. G.C. Makkink, raadsheren, en E.R. Bunt en drs. P.R. Baart, raden, in tegenwoordigheid van
mr. R. Verheggen, griffier, en op 2 december 2014 in het openbaar uitgesproken door mr. Makkink voornoemd.