ECLI:NL:GHAMS:2014:4395

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 oktober 2014
Publicatiedatum
27 oktober 2014
Zaaknummer
200.141.009/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beeindiging van het geding na minnelijke regeling tussen partijen; beëindiging onderzoek en beëindiging onmiddellijke voorzieningen

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 27 oktober 2014, is een verzoek ingediend door mr. D.S. Teitler, advocaat te Nijmegen, namens de verzoeker, tegen de besloten vennootschap KWEKERIJ WB B.V., vertegenwoordigd door mr. E.G.M. van den Heuvel, advocaat te Breda, en tegen een belanghebbende, vertegenwoordigd door mr. S.J.B. Drijber, advocaat te Velp. De Ondernemingskamer had eerder op 3 en 4 april 2014 een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Kwekerij WB B.V. en had een bestuurder benoemd. Tijdens de zitting op 18 september 2014 bereikten partijen overeenstemming over een vaststellingsovereenkomst. Op 15 oktober 2014 verzocht mr. Teitler de Ondernemingskamer om het onderzoek en de getroffen onmiddellijke voorzieningen te beëindigen, wat op 16 oktober 2014 werd bevestigd aan de betrokken partijen. Aangezien er geen bezwaren zijn ontvangen tegen de beëindiging van het onderzoek en de onmiddellijke voorzieningen, heeft de Ondernemingskamer besloten het verzoek in te willigen. De beschikking houdt in dat het onderzoek en de getroffen voorzieningen met ingang van de uitspraak worden beëindigd, en de beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer : 200.141.009/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 27 oktober 2014
inzake
[verzoeker],
wonende te [.......],
VERZOEKER,
advocaat:
mr. D.S. Teitler, kantoorhoudende te Nijmegen,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KWEKERIJ WB B.V.,
gevestigd te Huissen,
VERWEERSTER,
Advocaat:
mr. E.G.M. van den Heuvel, kantoorhoudende te Breda,
e n t e g e n
[belanghebbende],
wonende te [.......],
BELANGHEBBENDE,
Advocaat:
mr. S.J.B. Drijber, kantoorhoudende te Velp.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 3 en 4 april 2014 in deze zaak en het proces-verbaal van de terechtzitting van 18 september 2014.
1.2
Bij de beschikking van 3 april 2014 heeft de Ondernemingskamer - voor zover thans van belang - een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Kwekerij WB B.V. over de periode vanaf 18 januari 2013, een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, alsmede - bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding - een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon tot bestuurder van Kwekerij WB B.V. benoemd. Bij de beschikking van 4 april 2014 heeft de Ondernemingskamer mr. T.J.M. Lenders te Hapert (hierna Lenders) aangewezen als bestuurder.
1.3
Ter terechtzitting van de Ondernemingskamer van 18 september 2014 hebben partijen overeenstemming bereikt over het sluiten van een vaststellingsovereenkomst zoals nader aangeduid in het proces-verbaal van die zitting.
1.4
Bij op 15 oktober 2014 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen brief heeft mr. Teitler laten weten dat partijen een vaststellingsovereenkomst hebben gesloten en heeft hij de Ondernemingskamer verzocht om het onderzoek en de getroffen onmiddellijke voorzieningen te beëindigen.
1.5
Bij brief van 16 oktober 2014 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer (de advocaten van) partijen en Lenders een kopie van het verzoek van mr. Teitler toegezonden, hen bericht dat de Ondernemingskamer voornemens is het verzoek toe te wijzen en hen in de gelegenheid gesteld uiterlijk op 21 oktober 2014 eventuele bezwaren tegen toewijzing van het verzoek kenbaar te maken.

2.De gronden van de beslissing

Nu partijen een minnelijke regeling hebben getroffen, er geen bezwaren zijn ontvangen tegen beëindiging van het onderzoek en opheffing van de getroffen onmiddellijke voorzieningen en de Ondernemingskamer ook voorts niet is gebleken van enig belang dat zich daartegen verzet, zal de Ondernemingskamer het verzoek inwilligen aldus dat zij het bij de beschikking van 3 april 2014 bevolen onderzoek en de bij die beschikking getroffen onmiddellijke voorzieningen zal beëindigen, één en ander met ingang van heden.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
beëindigt met ingang van heden het bij haar beschikking van 3 april 2014 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Kwekerij WB B.V. gevestigd te Huissen;
beëindigt met ingang van heden de bij haar beschikking van 3 april 2014 getroffen onmiddellijke voorzieningen;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. E.F. Faase en mr. M.P. Nieuwe Weme, raadsheren, en drs. P.R. Baart en drs. P.G. Boumeester, raden, in tegenwoordigheid van, mr. M.A. Sterk, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 27 oktober 2014.