ECLI:NL:GHAMS:2014:4203

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
13 oktober 2014
Publicatiedatum
14 oktober 2014
Zaaknummer
200.149.358/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Proceskostenveroordeling na intrekking verzoek door AfricInvest tegen Reef Group B.V. en Reef Hout B.V.

In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 13 oktober 2014 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen AfricInvest en de vennootschappen Reef Group B.V. en Reef Hout B.V. AfricInvest had op 21 mei 2014 een verzoekschrift ingediend waarin zij verzocht om een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Reef Group B.V. over de periode van december 2008 tot oktober 2012. Tevens verzocht AfricInvest om veroordeling van Reef Group B.V. in de proceskosten. Reef Group B.V. heeft hierop gereageerd met een verweerschrift waarin zij verzocht om AfricInvest niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek, dan wel het verzoek af te wijzen en AfricInvest in de kosten te veroordelen.

Tijdens de procedure heeft AfricInvest op 18 september 2014 haar verzoek ingetrokken. Dit leidde tot een verzoek van Reef Group B.V. om AfricInvest in de proceskosten te veroordelen. De Ondernemingskamer heeft vervolgens de secretaris van de Ondernemingskamer de gelegenheid gegeven aan AfricInvest om zich over dit verzoek uit te laten. AfricInvest heeft aangevoerd dat het verzoek tot veroordeling in de proceskosten afgewezen diende te worden.

De Ondernemingskamer heeft geoordeeld dat, nu het verzoek van AfricInvest is ingetrokken, er geen beoordeling en beslissing meer behoeft te volgen. De Ondernemingskamer heeft AfricInvest niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek en haar verwezen in de kosten van het geding aan de zijde van Reef Group B.V., tot op heden begroot op € 1.598. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.149.358/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 13 oktober 2014
inzake
de rechtspersoon naar buitenlands recht
REEF HOUT MAURITIUS LIMITED,
gevestigd te Port Louis, Mauritius,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. J.W. de Grooten
mr. M.V.A. Heuten, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
REEF GROUP B.V.,
gevestigd te Goor,
VERWEERSTER,
advocaat: mr.
W.H.M. Cnossen, kantoorhoudende te Heerenveen,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
REEF HOUT B.V.,
gevestigd te Goor,
VERWEERSTER,
niet verschenen.

1.Het verloop van het geding

1.1
Verzoekster en verweersters worden hierna (ook) aangeduid met respectievelijk AfricInvest en Reef c.s.
1.2
AfricInvest heeft bij op 21 mei 2014 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verzoekschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht – voor zover thans nog van belang – een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Reef c.s. over de periode vanaf december 2008 tot en met oktober 2012 en Reef Group B.V. te veroordelen in de kosten van het geding.
1.3
Reef Group B.V. heeft bij op 4 september 2014 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verweerschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht AfricInvest niet-ontvankelijk te verklaren in het in haar verzoekschrift gedane verzoek althans het verzoek van AfricInvest af te wijzen, met veroordeling van AfricInvest in de kosten van het geding.
1.4
Bij brief aan de Ondernemingskamer van 16 september 2014 hebben mrs. De Groot en Heuten namens AfricInvest om een aanhouding van de op 25 september 2014 geagendeerde mondelinge behandeling verzocht.
1.5
Bij brief van 18 september 2014 heeft mr. Cnossen namens Reef Group B.V. laten weten niet akkoord te gaan met een aanhouding van de mondelinge behandeling van 25 september 2014.
1.6
Bij V-formulier (Intrekken Verzoek) van 18 september 2014 hebben mrs. De Groot en Heuten namens AfricInvest het verzoek ingetrokken.
1.7
Bij brief van 18 september 2014 heeft mr. Cnossen namens Reef Group B.V. de Ondernemingskamer verzocht AfricInvest te veroordelen in de proceskosten.
1.8
De secretaris van de Ondernemingskamer heeft bij brief van 19 september 2014 mrs. De Groot en Heuten in de gelegenheid gesteld zich over dit verzoek uit te laten.
1.9
Bij brief van 25 september 2014 hebben mrs. De Groot en Heuten namens AfricInvest aangevoerd dat het verzoek tot veroordeling van AfricInvest in de proceskosten afgewezen dient te worden.
1.1
Bij brief van 29 september 2014 heeft mr. Cnossen namens Reef Group B.V. het verzoek AfricInvest te veroordelen in de proceskosten gehandhaafd.

2.De gronden van de beslissing

2.1
AfricInvest heeft haar verzoek ingetrokken. Dit betekent dat dit verzoek geen beoordeling en beslissing meer behoeft en dat AfricInvest niet-ontvankelijk is in haar verzoek. Nu het verzoek is ingetrokken na indiening door Reef Groep B.V. van een verweerschrift, zal de Ondernemingskamer overeenkomstig het verzoek van Reef Group B.V. AfricInvest verwijzen in de kosten gevallen op dit geding. De stelling van AfricInvest dat Reef Group B.V. “
met (1) haar onjuiste stellingen terzake het bestaan van AfricInvest en (2) haar onnodige weigering mee te werken aan aanhouding van de mondelinge behandeling, de intrekking van het verzoekschrift heeft veroorzaakt” kan niet tot een ander oordeel leiden reeds omdat Reef Groep B.V. niet verplicht was in te stemmen met aanhouding van de mondelinge behandeling. Anders dan AfricInvest nog heeft aangevoerd, kan op grond van de enkele omstandigheid dat Reef Group B.V. in staat van faillissement verkeert niet worden aangenomen dat Reef Group B.V. geen redelijk belang heeft bij haar verzoek.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verklaart Reef Hout Mauritius Limited niet-ontvankelijk in haar verzoek;
verwijst Reef Hout Mauritius Limited in de kosten van het geding aan de zijde van Reef Group B.V., gevallen, tot op heden begroot op € 1.598;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.C. Faber, voorzitter, mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar en mr. G.C. Makkink, raadsheren, en drs. P.G. Boumeester en prof. drs. E. Eeftink RA, raden, in tegenwoordigheid van mr. R. Verheggen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 13 oktober 2014.